Brabanter Gotik

Dies ist eine alte Version dieser Seite, zuletzt bearbeitet am 27. September 2007 um 23:44 Uhr durch 217.136.101.132 (Diskussion) (Kenmerken). Sie kann sich erheblich von der aktuellen Version unterscheiden.

Brabantse gotiek is een belangrijke variant van de gotiek in de Nederlanden. Zij is rond 1300 ontstaan in de stad Mechelen (Sint-Romboutskathedraal) en werd dankzij belangrijke bouwmeesters als Evert Spoorwater en de families Keldermans en De Waghemaker verspreid naar de andere grote steden van het hertogdom Brabant, maar ook daarbuiten. Varianten van de Brabantse gotiek zijn de Demergotiek en de Kempense gotiek.

Kenmerken

thumb|250px|Koolbladkapiteel aan een ronde schippijler in de Grote Kerk van DordrechtDe Brabantse gotiek ontstond bij de opkomst van het hertogdom Brabant en verspreidde zich over de Bourgondische gewesten. De bouwstijl grijpt terug op de klassieke Franse gotiek zoals die toegepast werd bij de bouw van kathedralen zoals die in Amiens en Reims. De opzet van de kerkgebouwen in Brabant was grotendeels hetzelfde: het waren groots opgezette kruiskerken met zijschepen en een kooromgang en een driedelige opbouw van het middenschip (scheibogen, triforium, lichtbeuk). De afmetingen waren echter bescheidener, en vooral de slankheid en rijzigheid van de Franse voorbeelden werd niet geëvenaard.

De Brabantse gotiek is geen volledige eenheidsstijl. Zij wordt gekenmerkt door gebruik van lichtgetinte natuursteen (ledezandsteen) en een rijke detailering. In de kerken wordt meestal gebruik gemaakt van ronde zuilen met koolbladkapitelen. Hiervandaan lopen de schalken vaak ononderbroken door in de gewelfribben. Het triforium en de vensters van de lichtbeuk lopen vaak in elkaar over, waarbij de vensters de hele ruimte van de spitsboog innemen. Een kooromgang met kapellenkrans hoort bij de opzet (in Breda werd die echter later toegevoegd). Er werd in de regel maar één westtoren gebouwd (uitzonderingen: Brussel en Antwerpen). De vormgeving van het koor in Lier is een navolging van dat van Mechelen.

Een afwijkend type ontstond met de kathedraal van Antwerpen: daar werden geen ronde zuilen met koolbladkapitelen toegepast, maar geprofileerde bundelpijlers die zonder onderbreking doorlopen in de gewelfribben. Daarnaast zijn de scheibogen tussen schip en zijbeuken uitzonderlijk breed en is het triforium achterwege gelaten. In plaats daarvan is er een strook maaswerk aangebracht boven de scheibogen. Dit typen werd nagevolgd bij de andere grote stadskerken in Antwerpen, de Sint-Martinuskerk in Aalst en de Sint-Michielskerk in Gent. Ook de kerken in Den Bosch en Leuven hebben bundelpijlers.

Bij de bouw van stadhuizen werd ook gebruik gemaakt van de Brabantse gotiek. Zij zijn gebouwd in de vorm van grote reliekschrijnen met hoektorentjes en vaak een belfort. Het exterieur is vaak overdadig versierd.

Voorbeelden

Voorbeelden van Brabantse gotiek:

Wereldlijke gebouwen:

Graafschap Holland

Veel kerken in het voormalige graafschap Holland zijn gebouwd in een stijl die ten onrechte wel eens worden aangeduid als Hollandse gotiek. In feite gaat het ook hier om Brabantse gotiek met de nodige concessies aan lokale omstandigheden. Zo werden (behalve in Dordrecht) de stenen overwelvingen en de daarvoor benodigde luchtbogen achterwege gelaten vanwege de drassige grond. Belangrijke kerken in deze groep zijn:

Het stadhuis in Gouda is een wereldlijk voorbeeld.

Zie ook

Categorie:Bouwstijl Categorie:Geschiedenis van Brabant