Zum Inhalt springen

OV-chipkaart

aus Wikipedia, der freien Enzyklopädie
Dies ist eine alte Version dieser Seite, zuletzt bearbeitet am 27. Januar 2012 um 17:31 Uhr durch Airflow~dewiki (Diskussion | Beiträge). Sie kann sich erheblich von der aktuellen Version unterscheiden.

De OV-chipkaart is een elektronisch betaalmiddel voor het openbaar vervoer per bus, tram, trein, metro en sommige veerboten binnen Nederland. De betaalkaart bevat een niet zichtbare RFID-tag waarop reissaldo en vervoersrechten kunnen worden geladen. Als op de kaart een geldig reisrecht of voldoende saldo staat dan kan een reis geregistreerd worden via in- en uitchecken. Registratie is verplicht om de OV-chipkaart als vervoerbewijs geldig te maken.[1] In- en uitchecken houdt in dat de kaart voor een kaartlezer wordt gehouden bij het in- en uit- of overstappunt van de reis of een trajectdeel. Een overstap wordt in een enkel geval als één reis gezien, zie daarvoor: overstappen.

Kinderen jonger dan 4 jaar reizen gratis en hebben geen OV-chipkaart nodig.[2]

Elektronisch betalen in het OV

Vorlage:Inhoud links De invoering van elektronisch betalen in het openbaar vervoer verloopt niet zonder slag of stoot. Er gingen jaren aan studies en proeven vooraf voordat het huidige OV-chipkaartsysteem kon worden gelanceerd.

Intrede kaartintegratie

Tot de jaren zeventig is er geen gezamenlijk kaartsysteem in het Nederlandse stads- en streekvervoer. Elk vervoerbedrijf heeft zijn eigen kaartjes op basis van een eenheidstarief of sectietarief. Wanneer reizigers overstappen op een bus, tram of metro van een andere exploitant dienen zij zich te voorzien van andere kaartjes of abonnementen. De Nationale vierrittenkaart in de jaren zeventig maakt dit deels niet meer nodig. In 1980 worden de kaartjes in het stads- en streekvervoer geheel geharmoniseerd: de toenmalige minister Tuijnman van Verkeer en Waterstaat van Kabinet Van Agt voert op 8 mei 1980 de Nationale Strippenkaart in. Op 1 oktober 1980 volgt het Sterabonnement. Samen vormen deze de Nationale vervoerbewijzen.

De reden voor de invoering is de wens vanuit de politiek om het reizen met het openbaar vervoer te vereenvoudigen door "kaartintegratie". Een voordeel voor de vervoerbedrijven is dat de verkoop van strippenkaarten en abonnementen hoofdzakelijk op andere plaatsen dan in de bus plaatsvind. Hierdoor ontstaat er tijdswinst in de dienstregeling waardoor de reistijden voor de reiziger verkort worden en daarnaast bespaart dit kosten voor het vervoerbedrijf doordat bussen efficiënter kunnen worden ingezet.

De berekenings-grondslag voor het tariefsysteem is de zone. In de steden is dit een geografisch gebied met een gemiddelde doorsnede van 4 á 4,5 km waardoor verschillende lijnen kunnen lopen. In de streek, buiten de steden, is de zone een lijngedeelte met een gemiddelde lengte van 4 á 4,5 km. Er bestaat een relatie tussen het betaalde tarief en de met het openbaar vervoer afgelegde afstand. Het Becksonapparaat in streekbussen werd overbodig. De oude kaartjes verdwenen op 1 oktober 1980.

De kaartintegratie is echter nadelig voor de bedrijfsvoering van de stads- en streekvervoerbedrijven omdat hierdoor belangrijke gegevens over gerealiseerde reizigerskilometers per vervoerbedrijf niet langer kunnen worden geproduceerd, voor de strippenkaart wordt immers één tarief gehanteerd en is landelijk geldig. Er zijn alleen gegevens over kaartverkoop, maar niet over het gebruik van de kaarten. Hierdoor is het moeilijk, zo niet onmogelijk, om prestaties van vervoerbedrijven te beoordelen.

Voor het meten van de door elk vervoerbedrijf gegenereerde kaartopbrengsten wordt sinds 1986 het zogenaamde WROOV-systeem gehanteerd. Dit systeem heeft als nadeel dat zij geen informatie levert over de prestaties van de vervoerbedrijven; over het aantal vervoerde reizigers. Om aan deze informatie te komen wordt het VIS-systeem van 1984 tot 1994 gebruikt (VIS staat voor Vervoer Informatie Systeem). Door middel van teltrede's die op een gedeelte van het buswagenpark wordt aangebracht, wordt getracht aan te geven hoeveel reizigers in- en uitstappen. Zo kan de bezettingsgraad gemeten worden en deze wordt weer gebruikt om de inzet van bussen vast te stellen. Met het VIS-systeem wordt echter niet aangegeven hoeveel betalende reizigers worden vervoerd.

Magneetkaart

In 1983 werd bekend dat de strippenkaart mogelijk alweer vervangen zou worden door een kartonnen magneetbandkaart, omdat openbaar vervoerbedrijven vonden dat het huidige systeem niet voldeed. Belangrijkste reden was de eerder genoemde moeilijk meetbare "vervoersprestatie".[3][4] [5] Het nieuwe vervoerbewijs kan door speciale apparatuur op geldigheid gecontroleerd worden en vervangt de huidige strippenkaarten en abonnementskaarten. Omdat in het nieuwe systeem geen sprake meer is van uit strippen bestaande kaarten, wordt van waardekaarten gesproken in plaats van strippenkaarten.

In 1984 beginnen het ministerie van Verkeer en Waterstaat onder leiding van Neelie Kroes en het Duitse industrieconcern Siemens met de ontwikkeling van de magneetkaart, ondanks tegenwerkende buschauffeurs die terug wilden naar het “klantvriendelijke” kaartje uit de jaren zeventig.[6]

De magneetstrip bevat drie parallelle sporen, waarvan er twee alleen kunnen worden gelezen, terwijl op de derde ook kan worden geschreven. Op de kaart kan informatie over de geldigheidsperiode, reisgebied, tijd en instappunt worden opgeslagen, maar het geheugen is te beperkt om zeer uitgebreide gegevens over de kaartgebruiker te kunnen opslaan. De kaart zou eveneens geldig moeten worden voor reizen met de trein bij de Nederlandse Spoorwegen (tot max. 30 km.). De abonnementskaart is eveneens een magneetbandkaart waarop relevante informatie voor abonnementen is vastgelegd. Abonnementen worden bij gebruik echter niet in waarde verminderd. Bij toepassing van een magneetbandkaart is een kaartlezer en/of valideer apparaat nodig.

De magneetkaart als vervoerbewijs kan informatie over kaartgebruik en informatie nodig voor de verdeling van de opbrengsten uit kaartverkoop leveren. Aan de kant van de vervoerbedrijven ontstaat er een groeiende behoefte aan meer beleidsvrijheid ten aanzien van de tariefstelling. Tariefdifferentiatie is in het huidige kaartsysteem echter niet mogelijk, omdat in het onderzoek achteraf niet kan worden aangegeven wat de effecten van de tariefdifferentiatie voor elk vervoerbedrijf zijn, en op welk deel van de totale opbrengsten de vervoerbedrijven recht hebben. Hierdoor kunnen andere vervoerbedrijven profiteren van de extra opbrengsten veroorzaakt door de inspanningen van een ander vervoerbedrijf ("free riding"). Aan de kant van de overheid blijft de wens van kaartintegratie bestaan.

Kroes reserveerde 9 miljoen gulden voor praktijkproeven in het Westland en Twente. Er werd juist niet gekozen voor de grote steden, omdat in dunner bevolkte gebieden makkelijker kon worden getest. Het plan was dat in 1992 het hele land zou reizen per “Magneetkaart”.

Hoewel de kaart voor betaling in telefooncellen wel populair werd slaagde de introductie van de magneetkaart als vervoerbewijs niet. De oorspronkelijke invoeringsdatum, 1988, blijkt al snel niet haalbaar. Het ontwikkelen van het systeem blijkt moeilijker dan iedereen aanvankelijk verwacht. Dit wordt onder andere duidelijk wanneer Siemens in 1986 een prototype van de magneetkaart presenteert, dat wordt getest bij de HTM in Den Haag. Chauffeurs, vervoerbedrijf en reizigers kunnen niet met de magneetkaart overweg. Op het moment dat De Magneetkaart (DMK) in 1989 bij de stadsvervoerders in de Randstad ingevoerd zou worden, kwamen de vervoerders tot de conclusie dat het instappen van de reiziger zo veel tijd in beslag nam dat dit tot grote problemen zou leiden in de spits. Daarnaast was er ook een conflict over de kosten die inmiddels waren opgelopen tot 300 miljoen gulden.

Vanuit de vervoerswereld wordt het bestaan van onzekerheden met betrekking tot het magneetkaartsysteem als reden aangedragen. Dit betreffen de kosten en baten van het magneetkaartsysteem, de fraudegevoeligheid en beveiligingsaspecten, de klantvriendelijkheid, de invloed op de halteringstijden en daarmee de rijtijd, het informatiesysteem en de wijze van invoering. Ook konden de vervoerbedrijven het niet eens worden over de vraag waaraan de magneetkaart moest voldoen. Bovendien was er een nieuwe "elektronische portemonnee" in ontwikkeling in de vorm van een chipkaart die meer mogelijkheden biedt in vergelijking met de magneetkaart. Hierdoor kon de investering in het magneetkaartsysteem wellicht voor niets zijn als later alsnog overgeschakeld zou worden op de chipkaart.[7][8] Het project werd op 19 september 1989 vanwege bovengenoemde redenen stopgezet. Siemens kreeg van het ministerie 2 miljoen gulden voor alle vruchteloze moeite.

Opkomst chipkaart

Aan het eind van de jaren jaren 80 werd de chipkaart ontwikkeld. Een chipkaart ziet er qua formaat en materiaal hetzelfde uit als een magneetkaart; een kunstof kaartje op creditcardformaat. In plaats van een zwarte magneetband zit er nu een chip op de kaart. Chipkaarten hebben een groter geheugen en een langere levensduur dan magneetkaarten. Het grotere geheugen dan de magneetkaart maakt opslag van meer gegevens over de gebruiker mogelijk. Op de chip kunnen diverse programma's gezet worden. De interne structuur van een chipkaart maakt het mogelijk om de diverse functies van elkaar te scheiden. Dit maakt het mogelijk om een chipkaart voor meer dan het openbaar vervoer in te zetten, bijvoorbeeld als betaalpas voor een parkeergarage of als bankpas. Bij het gebruik van chipkaarten is een hogere transactiesnelheid (dat wil zeggen tijd, nodig voor controle, ontwaarding en registratie) mogelijk dan bij magneetkaarten. Ook zijn chipkaarten eenvoudiger te beveiligen tegen namaak en diefstal.

Van de chipkaart zijn de afgelopen jaren in principe twee vormen ontwikkeld. De eerste vorm is een "elektronische portemonnee" met een zichtbare chip zoals bijvoorbeeld de chipknip. Hierbij dient de chipkaart alleen als vervanger van contant geld en op de kaart worden dan meestal geen gegevens over de reis geregistreerd. De reiziger krijgt in dat geval nog steeds een (papieren) kaartje en gebruikt de chipkaart op dezelfde manier als een magneetkaart. De tweede vorm is een contactloze variant met een onzichtbare RFID-chip. Bij een contactloze chipkaart kunnen gegevens op een afstand van circa 70 centimeter gelezen worden en op een afstand van minder dan 10 centimeter kunnen op elektronische wijze gegevens op de kaart geschreven worden. Het recht om te reizen wordt op de chip geregistreerd, waardoor de reiziger geen papieren kaartje meer nodig heeft. Met behulp van contactloze chipkaarten is de hoogste transactiesnelheid te bereiken doordat de kaart niet in een apparaat gestopt hoeft te worden en soms zelfs niet eens tevoorschijn gehaald hoeft te worden. Hierdoor kunnen transactiekosten verlaagd worden. De investeringskosten van contactloze chipkaarten zijn wel hoger dan die van gewone chipkaarten. De tweede vorm wordt gebruikt voor de OV-chipkaart.

Het is mogelijk om met behulp van magneetkaarten en (contactloze) chipkaarten directe informatie te verkrijgen; de gegevens worden immers na afloop van elke transactie opgeslagen in het apparaat dat de gegevens registreert. Om de betrouwbaarheid en de geldigheid van de gegevens maximaal te verhogen dienen de reizigers de kaart bij het instappen aan te bieden, zodat gelezen kan worden waar en wanneer men is ingestapt en tot welke doelgroep men behoort, en bij het uitstappen, waar het juiste aantal zones of kilometers wordt berekend. Op deze manier wordt "grijsrijden" voorkomen. Om te voorkomen dat men bij het uitstappen verzuimt de kaart aan te bieden kan bij het instappen het maximale bedrag worden afgeschreven en bij het uitstappen het teveel betaalde terug worden geschreven. De reiziger zal controleren of hij of zij niet teveel heeft betaald en zodoende legt men de "controlelast" bij de reiziger in plaats van bij het vervoerbedrijf.

Proeven met de chipkaart

In januari 1992 deed vervoerbedrijf RET in Rotterdam een test met een creditcard die was voorzien van een chip.[9]

In 1992 kreeg de NS subsidie van het toenmalige ministerie van Economische Zaken om elektronische kaartjes en poortjes te testen in Maarssen, Tiel en Utrecht. Deze chipkaart werd getest door NS-medewerkers en is bedoeld als vervanging van de papieren treinkaartjes.[10] Dit proef werd een succes en in 1993 maakte de NS bekend dat de chipkaart in 1998 ingevoerd zou moeten worden.[11]

In juni 1994 werd de Primeur Card geïntroduceerd in het Noord-Brabantse Asten. Met de kaart kon in de lokale winkels betaald worden. Tussen oktober 1995 en januari 1997 werd deze kaart ook getest in de lokale bussen van vervoerder Hermes.

In het Rotterdamse collectieve openbaar vervoer Vervoer Op Maat werd op 13 april 1995 een chipkaart geïntroduceerd die op 18 september 1995 officieel in gebruik werd genomen. De proef eindigde in 1999.

De Zeelandkaart was tussen 1995 en 1998 een multifunctionele telefoonkaart met chip van PTT Telecom waarmee ook in winkels, openbaar vervoer en parkeermeters kon worden betaald.

Vanaf september 1995 gebruiken studenten van de Universiteit Twente, de Rijksuniversiteit Groningen en de Hogeschool van Groningen als proef een multifunctionele chipkaart. Deze kaart is uitgebracht door een consortium bestaande uit de Informatie Beheer Groep (IBG), PTT Telecom en IBM. Aan de proef doen 20.000 studenten mee. De kaart kan worden gebruikt als college-, bibliotheek en OV-jaarkaart. Daarnaast kan de kaart als betaalmiddel worden gebruikt in telefooncellen en de universiteits-restaurants. Bovendien is het mogelijk om via speciale zuilen die geplaatst zijn op de universiteits-terreinen te communiceren met de IB-groep. Doordat de OV-jaarkaart ook een onderdeel is van deze chipkaart, zou deze chipkaart elk jaar vervangen moeten worden. De onderwijswereld verzet zich tegen de hoge kosten die dit met zich mee brengt. Vanwege deze kosten is vanaf november 1996 de ov-kaart dan ook van de chipkaart verwijderd. Elke onderwijsinstelling kan verder zelf bepalen welke functionaliteiten de chipkaart voor die instelling krijgt.[12]

De Zwolle Card was tussen mei 1995 en december 1996 een pilot met een chipkaart in Zwolle waarmee betaald kan worden op de stadsbus van Midnet en in een parkeergarage (Diezerpoort). In 1997 werd de welbekende chipknip op de bankpas geïntroduceerd. Met de chipknip kon de eerste jaren ook op een aantal buslijnen worden betaald.

In de stad Groningen experimenteerde Arriva van 8 januari 2001 met de Tripperpas. Net zoals bij de huidige OV-chipkaart moet de reiziger de contactloze chipkaart voor een scanner houden bij het in- en uitstappen. De Tripperpas was het opstapje naar de huidige OV-chipkaart.[13] [14] Het experiment eindigde op 31 december 2002.[15][16]

Introductie OV-chipkaart

thumb|right|270px|De OV-chipkaart kan tegenwoordig in bijna het gehele Nederlandse openbaar vervoer worden gebruikt. In 2000 wilde de NS opnieuw proberen om tot een invoering van een gezamenlijk elektronisch vervoerbewijs te komen. Voorwaarde was dat er een systeem moest komen dat elders in andere landen al bestond. Nederland moest niet opnieuw het wiel gaan uitvinden. Aan deze voorwaarde is uiteindelijk niet voldaan omdat toch een totaal nieuw systeem ontwikkeld is. Wel deed de NS in 1999 al ervaring op tijdens een werkbezoek aan Hongkong, waar al een elektronisch betaalsysteem onder de naam Octopus card in het openbaar vervoer bewerkstelligt was.

Om het OV-chipkaartproject doorgang te kunnen geven werd in het jaar 2000 de Wet personenvervoer 2000 bedacht. Deze wet werd van kracht op 1 januari 2001 en bevat regels over marktwerking en decentralisatie van het Nederlandse openbaar vervoer. In de wet werd opgenomen dat de chipkaart voor het gehele openbaar vervoer in Nederland moet gelden en dat regionale tariefvrijheid tot de mogelijkheden behoort.

Het gevolg van het magneetkaart debacle was dat het Ministerie van Verkeer en Waterstaat er voor koos de invoering van de contactloze OV-chipkaart over te laten aan de vervoerders en de decentrale overheden. Dit betekent dat er veel (regionale) betrokkenen zijn waardoor het moeilijk is een sterk projectmanagement te realiseren.

NS richtte in oktober 2001 samen met streekvervoerder Connexxion en stadsvervoerders uit Rotterdam (RET), Amsterdam (GVB) en Den Haag (HTM) het samenwerkingsverband Trans Link Systems op, een bedrijf dat de OV-chipkaart nu echt moest gaan invoeren. TLS werkt ook samen met de overigen openbaar vervoerbedrijven, die zijn verenigd onder de naam Mobis. NS neemt de financiering van het project voor haar rekening en alle betrokkenen hebben zich schriftelijk gecommitteerd om het systeem te gebruiken. Zij kunnen daarbij rekenen op steun van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat. NS ontving eind 2000 al 1,3 miljard euro van het ministerie. 500 miljoen euro was bedoeld om toegangspoortjes op stations te kunnen plaatsen en nog eens 226 miljoen euro voor de invoering van de OV-chipkaart. De rest van het geld was bedoeld voor projecten die los staan van de OV-chipkaart.

De bedrijven Accenture, Vialis en Thales wonnen in 2003 de aanbesteding om samen met TLS om het systeem te realiseren. Dit doen de drie bedrijven onder de naam East-West E-ticketing B.V.. De OV-chipkaart is het eerste nationale chipkaartproject op reisgebied ter wereld. Thales levert de nieuwste generatie producten: beveiligde toegangspoorten voor metro- en sommige treinstations, automatisch ticketmachines, ophaalautomaten en geldigheidscontroleapparatuur.

Op 13 december 2004 begon het eerste experiment met de OV-chipkaart op de veerboot Vlissingen-Breskens. In april 2005 werd de OV-chipkaart als test ingevoerd in de metro, bussen en de trein Rotterdam - Hoek van Holland in de regio Rotterdam.

Vorlage:Zie ook

Het nieuwe elektronische betaalsysteem brengt verschillende voordelen met zich mee; de vervoerbedrijven krijgen meer vrijheid voor tariefdifferentiatie op basis van bijvoorbeeld afstand, tijdstip, leeftijd, dag van de week, vervoerwijze en vervoerkwaliteit (bijvoorbeeld hoogwaardig openbaar vervoer). Er bestaan momenteel twee verschillende tariefsystemen voor de OV-chipkaart. Daarnaast ontvangen de ov-bedrijven en OV-autoriteiten door het systeem nauwkeuriger informatie over het gebruik van het openbaar vervoer; probleemlijnen zullen sneller de aandacht krijgen en waar vervoersgroei is kunnen lijnen versterkt of aangepast worden zodat voertuigen efficiënter kunnen worden ingezet. Door een beter inzicht in het reisgedrag zijn de kostbare WROOV-onderzoeken niet meer nodig; deze werden gebruikt voor het berekenen van de verdeelsleutel van de opbrengsten van de Nationale Strippenkaart. Het reizen met de OV-chipkaart zou door de zogenaamde kaartintegratie gemakkelijker moeten worden; reizigers hebben hierdoor maar één kaart nodig voor het hele openbaar vervoer in Nederland.

In 2010 werd bekend dat de NS niet aan de Tweede Kamer kan uitleggen waar het geld dat het bedrijf in het jaar 2000 van de overheid had ontvangen voor de invoering van de OV-chipkaart precies aan is besteed, de NS kan slechts 279 miljoen verantwoorden.[17] Voor de invoering heeft het Ministerie van Verkeer en Waterstaat bovendien van 2003 tot april 2008 nog eens 130 miljoen euro uitgetrokken. De totale kosten van de overheid aan de OV-chipkaart worden geraamd op ruim 1 miljard euro. De kosten van voor het jaar 2000 zijn hierin niet meegenomen.[18][11]

Vanaf 2012 is de kaart overal in het Nederlandse openbaar vervoer te gebruiken, behalve op de Friese Waddeneilanden en enkele taxi- en buurtbussen in Nederland.[19] Daarnaast verdwijnen deels de bestaande vervoerbewijzen. De nationale strippenkaart is per 3 november 2011 in de laatste regio's afgeschaft (zie ook afschaffing strippenkaart per regio) en het papieren treinkaartje zal eind 2012 verdwijnen.[20][21] Een ander deel van de nationale vervoerbewijzen, zoals het sterabonnement, zullen (voorlopig) te koop blijven als product op de OV-chipkaart. Er zijn landen die de bestaande tariefstructuur ongemoeid hebben gelaten na de invoering van elektronische vervoerbewijspassen, zoals de vergelijkbare Londense Oyster card.

Ondanks het afschaffen van veel vervoerbewijzen blijft het vrijwel overal mogelijk om ook met andere vervoerbewijzen te reizen, vervoersautoriteiten en -maatschappijen in Nederland mogen namelijk naast de OV-chipkaart andere betaalmiddelen en vervoerbewijzen aanbieden, zoals het Eurokaartje. In het stads- en streekvervoer zijn deze vaak wel duurder dan de OV-chipkaart.

Gebruik OV-chipkaart

Om te reizen met de OV-chipkaart krijgt de reiziger te maken met het OV-chipkaartsysteem. Om gebruik te maken van dit systeem is het volgende van belang:

  • Telefonisch of via internet een persoonlijke kaart aanschaffen, of bij een OV-bedrijf, servicebalie of bij enkele ophaalautomaten een anonieme kaart aanschaffen - zie kopje: kaartsoorten.
  • Product of saldo kopen en opladen - zie kopje: opladen. Dit kan:
    • Via een bestelling bij de OV-chipkaart webwinkel. Het saldo of product is dan gekocht, maar staat nog niet op de kaart. De bestelling wordt klaargezet bij de ophaalautomaten en kan vervolgens opgeladen worden.
    • Bij de meeste OV-chipkaartautomaten kan ook meteen saldo worden afgerekend en opgeladen op de kaart. Bij de automaten zijn een beperkt aantal producten te koop.
    • Bij de balie van een OV-bedrijf.
    • Eventueel kan automatisch opladen worden aangevraagd zodat saldo automatisch wordt aangevuld.
  • Het reizen gaat niet meer door middel van afstempelen van een kaart of met een zichtkaart, maar door middel van elektronisch inchecken via een kaartlezer in het voertuig of op het station. Sommige stations zijn voorzien van poortjes. Een extra handeling ten opzichte van de oude vervoerbewijzen is het uitchecken aan het eind van de reis, waarmee de reis bevestigd wordt. Zie kopje: In- en uitchecken. De RFID-chip in de OV-chipkaart is meestal sterk genoeg om herkent te worden door de kaartlezer als deze in de portemonnee zit, hoewel er een verschil in gevoeligheid is tussen de verschillende OV-chipkaartlezers. De ene kaartlezer kan de chipkaart al lezen op een paar centimeter afstand (o.a. het type lezer dat de NS gebruikt), bij de andere kaartlezer moet de chipkaart er echt tegenaan gehouden worden (o.a. de gele lezers in de bussen van Arriva, Veolia, Syntus). Er zijn ook speciale hoesjes en hangers verkrijgbaar om de OV-chipkaart los van de portemonnee te dragen met het oog op het voorkomen van beschadigingen en zakkenrollerij.
  • Achteraf kunnen gemaakte reizen en saldo bekeken worden via een OV-chipkaartautomaat of servicebalie en in het geval van een persoonlijke chipkaart ook via internet.

Kaartsoorten

Soort chipkaart Persoonlijk Anoniem Wegwerp
Materiaal Plastic Plastic Karton
Kaart met naam, geboortedatum en pasfoto
8px|Check
Geschikt voor leeftijdskorting
8px|Check
Automatisch opladen
(niet met een buitenlands banknummer)
8px|Check
Oplaadbaar met saldo (euro's)
8px|Check
8px|Check
Op te laden bij automaten en via internet
8px|Check
8px|Check
Geschikt voor persoonsgebonden abonnementen
8px|Check
Geschikt voor niet-persoonsgebonden abonnementen
Bijvoorbeeld dag- of rittenkaart
8px|Check
8px|Check
8px|Check[22]
Saldo en gemaakte reizen bekijken bij automaat of loket
8px|Check
8px|Check
Saldo of gemaakte reizen bekijken via internet
Beheer via Mijn OV-chipkaart
Voor NS reizen ook: Mijn NS
8px|Check
Te blokkeren bij verlies of diefstal
8px|Check
Aangevraagde kaart wordt thuisgestuurd
(aanvragen via OV-bedrijf of ov-chipkaart.nl)
8px|Check
Kaart te koop bij balie OV-bedrijven,
servicepunten, sommige oplaadpunten en
in sommige bussen bij de chauffeur.
8px|Check
8px|Check
Door meerdere mensen bruikbaar, maar niet tegelijkertijd
8px|Check
8px|Check
Te koop met een buitenlands adres Beperkt *
8px|Check
8px|Check
Geldigheid kaart** 5 jaar 4-5 jaar Beperkt
In heel Nederland bruikbaar
Mits geschikt product en/of saldo
8px|Check
8px|Check
Eenmalige aanschafkosten*** € 7,50[23] N.v.t.
Borg bij inchecken Zie Instaptarief

De OV-chipkaart is een kaartje van plastic of karton in het standaard creditcardformaat. Er worden persoonsgebonden-, anonieme- en wegwerp-OV-chipkaarten uitgegeven. In principe moeten deze OV-chipkaarten in geheel Nederland bruikbaar zijn, met uitzondering van wegwerpkaarten.

De wegwerpchipkaarten worden op dit moment alleen gebruikt bij het GVB in Amsterdam en de RET in Rotterdam en soms worden ze gratis uitgedeeld bij calamiteiten of op vervangende routes bij werkzaamheden op het spoor. Een uitzondering is de Dal Vrij Dagkaart van de NS. De wegwerpkaart met een oplage van 5000 is nu nog slechts te koop geweest van 21 t/m 27 november 2011 voor € 15, maar is speciaal ontwikkeld voor toeristen van buiten Nederland en groepen reizigers die zelden met de trein reizen. Eén dag onbeperkt reizen in de treinen van NS tijdens de daluren (maandag t/m vrijdag vóór 6.30 uur, tussen 9.00 – 16.00 uur en na 18.30 uur), of op één zaterdag of op één zondag.[24] Een wegwerp-OV-chipkaart is duur bij een korte rit (minimaal een rittenkaart van een uur of twee uur), maar juist goedkoper bij lange ritten ten opzichte van reizen op saldo met een persoonlijke- of anonieme chipkaart.[25]

Iedere instantie geeft chipkaarten uit met een eigen opdruk. De standaard persoonsgebonden kaart is geel, de standaard anonieme kaart is blauw.

Noten in tabel:

* = Sinds 1 januari 2012 is een persoonlijke OV-chipkaart ook te bestellen met een Duits-, Belgisch- of Luxemburgs adres. Deze kan aangevraagd worden via www.ov-chipkaart.nl en betaald worden met iDeal, PayPal of creditcard. Ook kunnen kaarthouders met een adres in BeDuLux vanuit hun eigen land Klantenservice OV-chipkaart bellen. Dit is mogelijk door een nationaal Belgisch, Duits en Luxemburgs telefoonnummer.[26] Een anonieme OV-chipkaart kan niet verstuurd worden, maar is te koop bij de automaten.

** = Ongeveer 6 weken voor de afloopdatum van een persoonlijke OV-chipkaart krijgt de houder een brief thuisgestuurd hoe een nieuwe kaart aangevraagd kan worden. Er is bovendien een nieuwe pasfoto nodig. Bij een anonieme kaart moet de reiziger hier zelf achteraan, een pasfoto is hier niet nodig. Saldo en/of abonnementen worden op de nieuwe kaart overgezet. Wil de houder geen nieuwe kaart, dan kan het saldo overgeboekt worden naar de bankrekening van de houder.[27] [28] Op een wegwerp-OV-chipkaart kan geen saldo worden geladen en de geldigheid hangt af van het product. Een wegwerp-chipkaart wordt altijd inclusief product gekocht.

*** = De aanschaf- en vervangingskosten van de OV-chipkaart maken met name incidenteel reizen met de OV-chipkaart relatief duur. In andere landen in Europa (bijvoorbeeld Engeland en Zwitserland) en elders in de wereld (bijvoorbeeld Singapore en Japan) is de elektronische kaart kosteloos verkrijgbaar of wordt het aankoopbedrag geretourneerd bij inlevering. De hoogte van het bedrag dat voor de OV-chipkaart moet worden betaald valt echter in het niet ten opzichte van een bankpas waarvoor vaak ieder jaar betaald moet worden, ook al staat er geen geld op de rekening. Bij de introductie in bepaalde gebieden waren er aanbiedingen waarbij een OV-chipkaart soms gratis of tegen geringe betaling aangeschaft kon worden. De RET hanteert als enige bij een verkoopautomaat en via internet een afwijkend tarief van €6,50.[29]

Leeftijdskorting

Leeftijdskorting krijgt een reiziger standaard op een persoonlijke OV-chipkaart aan de hand van de geboortedatum. Hiervoor is meestal geen apart reisproduct nodig.

  • 0 t/m 3 jaar: niet van toepassing, reizen gratis
  • 4 t/m 11 jaar: 34% korting in bus, tram en metro. 40% korting bij alleen reizen in de trein. Reizen met volwassene in de trein: koop een railrunner-kaartje
  • Studentenreisproduct: In de kortingsperiode: 34% korting in bus, tram en metro. 40% korting in de trein.
  • 65-plussers: 34% korting in bus, tram en metro

Leeftijdsgebonden product 60-plussers: keuzedagen, tegen meerprijs verkrijgbaar bij Voordeelurenabonnement, Dal Voordeel en Altijd Voordeel.

Leeftijdskorting is onmogelijk op een anonieme- en wegwerpchipkaart. Dit kon wel anoniem met de roze strippenkaart. Met name een probleem voor incidentele reizigers en reizigers van buiten Nederland die in principe recht hebben op leeftijdskorting, maar geen persoonlijke chipkaart hebben. Een persoonlijke OV-chipkaart kan zelfs niet aangeschaft worden door toeristen (behalve als de toerist woonachtig is in België, Duitsland of Luxemburg). Op 16 maart 2011 werd dit aangekaart door GroenLinks en de VVD: zoals er een roze strippenkaart bestaat, zou er ook een roze anonieme chipkaart moeten bestaan voor ouderen. Rover voegde eraan toe dat de roze kaart dan ook voor kinderen geldig zou moeten zijn. Daarbij moet nog worden opgemerkt dat er bij de trein verschil is tussen kinderen die alleen reizen en kinderen die in gezelschap reizen (Railrunner).

Privacy

thumb|150px|In- of uitchecken met een persoonlijke OV-chipkaart. Bij reizen met een persoonlijke kaart worden alle reizen systematisch geregistreerd; deze informatie is te koppelen aan de persoon (wel worden transactiegegevens en kaarthoudersgegevens in separate databases opgeslagen, maar deze kunnen worden gekoppeld en doorgegeven aan autoriteiten als die daartoe verzoeken). In de praktijk is dit voor de meeste mensen geen nieuw probleem. Veel mensen hebben een mobiele telefoon bij zich, waardoor hun (reis)bewegingen ook zonder het gebruik van de OV-chipkaart systematisch worden geregistreerd. Dit is inherent aan het systeem van mobiele telefonie, waarbij de mobiele telefoon onderweg steeds op een nieuwe zendmast inlogt en zo het reispatroon van de gebruiker vastlegt.[30][31] Het gaat hier weliswaar om andere bedrijven en de mobiele telefoon is uit te zetten, maar het geeft aan dat de gemiddelde burger hier niet bijzonder wakker van ligt.

De reiziger die voor een bepaalde reis behoefte heeft aan privacy, kan voor die reis een anonieme OV-chipkaart gebruiken die betaald is met contant geld. Het probleem is dat dit bij de oplaadpunten bijna alleen met een pinpas kan. Met contant geld betalen kan nog bij sommige NS verkoopautomaten (alleen 0,20 , 0,50 , 1 en 2 euromunten) en bij een NS loket met 0,50 toeslag (biljetten en/of muntgeld). [32] Om te reizen dient saldo of reisproducten opgeladen te worden. Niet ieder verkooppunt heeft ook een oplaadpunt. Is de kaart gekocht bij een NS verkooppunt, dan staat het product "reizen op saldo" van de NS er al op.

Zakelijk is de anonieme OV-chipkaart lastig bruikbaar door een beperkte functionaliteit voor het bekijken en uitprinten van de gemaakte reizen. Alleen bij de servicebalies kunnen de laatste tien ritten worden uitgeprint. Via internet worden geen reisgegevens van anonieme kaarten verstrekt. Wie veel met het openbaar vervoer reist moet hierdoor 1 op de 10 ritten naar bijvoorbeeld een NS service-balie gaan om een sluitende rittenadministratie, zoals vereist door de Nederlandse belastingdienst, te kunnen bijhouden.

Overige kaarten

150px|thumb|Tijdelijke sleutelkaart om een poortje te openen

  • Sleutelkaart. Deze kaart werd alleen gebruikt tijdens de introductieperiode. Het is geen vervoerbewijs en wordt enkel gebruikt om poortjes te openen. Als overgangsmaatregel werden dergelijke kaarten gratis verstrekt aan NS maandabonnementshouders met een stad-/streeksupplement, dat geldig is in de Rotterdamse en Amsterdamse metro.[33] Dit zijn wegwerpkaarten die een maand lang bruikbaar zijn in de betrokken zones.
  • Kaarten op naam van organisaties. De RET verkoopt kaarten aan scholen, met een minimum afname van 50 kaarten. Met deze kaarten kunnen schoolklassen gezamenlijk reizen. Ze zijn op naam van de school en hebben een functie voor automatisch opwaarderen. Nadeel is dat voor iedere leerling een aparte kaart nodig is en dat daardoor iedere kaart apart in- en uitgecheckt moet worden.[34]
  • NS-Business Card[35] voor bedrijven die aan werknemers uitgeleend kan worden voor de zakenreizen. De NS verstrekt ook persoonlijke OV-chipkaarten aan werknemers en hun gezinnen.

Opladen

De chipkaart is bij aanschaf meestal "leeg" en moet "opgeladen" worden om te kunnen reizen. De kaart kan voorzien worden van saldo of van één of meerdere reisproducten.

Producten of reissaldo kunnen online worden gekocht op www.ov-chipkaart.nl (zie kopje hieronder) en vervolgens op de kaart worden gezet bij een ophaalautomaat. Bij veel van die ophaalautomaten kan ook rechtstreeks reissaldo en een beperkt aantal producten worden gekocht en op de kaart gezet, betalen kan meestal alleen met een PIN-pas of creditcard. Vorlage:Zie ook

Verder is het mogelijk om saldo en producten op te laden bij de balie van een openbaarvervoerbedrijf (zoals Arriva Store of NS ticketservice).

Webwinkel

De webwinkel voor het bestellen van reissaldo en/of reisproducten is te vinden op de officiële website van de OV-chipkaart.

Saldo of reisproducten kopen gaat in twee stappen: bestellen via internet en bestelling op de kaart zetten bij een ophaalautomaat. Er hoeft geen keuze te worden gemaakt voor een ophaalautomaat in de buurt, de bestelling staat klaar bij alle ophaalautomaten in Nederland. Deze zijn te vinden in veel bussen, op stations (verkoopautomaat vervoerbewijzen), stationswinkels, drogisterijen, supermarkten en tabaks- en gemakszaken. Uitzondering daarop zijn de verkoopautomaten van Arriva op stations, daar kunnen nog niet alle reisproducten opgehaald worden (alleen Arriva kortingskaart).[36] De automaten in de bussen zijn alleen toegankelijk als er met de bus gereisd wordt.

In de webwinkel kan betaald worden met iDEAL. Er kunnen bestellingen worden geplaatst voor de eigen OV-chipkaart, of voor de OV-chipkaart van bijvoorbeeld een familielid of vriend en zowel voor persoonlijke als de anonieme OV-chipkaarten. Daarvoor is wel het kaartnummer van de betreffende kaart noodzakelijk. De bestelling is online te volgen en eventueel te annuleren. Bestellen voor de eigen OV-chipkaart gaat eenvoudiger door eenmalig een account op de website aan te maken. Door in te loggen op Mijn OV-chipkaart zijn het besteloverzicht en de kaartgegevens meteen zichtbaar. Ook kan het transactieoverzicht worden geactiveerd.

Niet alle reisproducten zijn te bestellen bij de webwinkel. Alle NS-producten zijn bijvoorbeeld alleen via de NS-website te bestellen. Het studentenreisproduct wordt geleverd door de DUO.

Reissaldo

In de webwinkel kunnen alleen de oplaadbedragen 10 en 20 euro worden gekozen. Bij ophaalautomaten zijn er meer keuzes (meestal 10, 15, 20 en 25 euro , maar dat is afgestemd op het actuele saldo). Het maximaal toegestane saldo op een OV-chipkaart is 150 euro.[37]

Een OV-chipkaart kan maximaal 4 euro negatief staan.[38] Het minimumsaldo om te kunnen inchecken bij reizen op saldo bedraagt instaptarief minus 4 euro. In bus, tram en metro betekent dit dat er al ingecheckt kan worden vanaf 0 euro. Inchecken met een negatief saldo is niet mogelijk bij reizen op saldo en soms zelfs niet wanneer er producten op de kaart staan die op dat moment vrij-reizen bieden. Met een OV-jaarabonnement en studentenreisproduct is het in ieder geval wel mogelijk om in- en uit te checken met een negatief saldo. Om te voorkomen dat met een abonnement niet meer ingecheckt kan worden als gevolg van een negatief saldo kan de gebruiker er voor kiezen om een aparte kaart voor reizen op saldo te gebruiken.

Aflossing van een schuld in de vorm van een negatief saldo is moeilijk afdwingbaar bij anonimiteit. Bij een schuld kleiner dan de kosten van de kaart plus de waarde van de producten die er verder nog op staan is aflossing echter ook in het belang van de klant.

Reisproducten

Een reisproduct is een reisrecht (bijvoorbeeld abonnement of dagkaartje) dat op een OV-chipkaart geladen kan worden.

Reizen met een saldo en reizen met een reisproduct wordt niet altijd strikt gescheiden: NS benoemd reizen met een reisproduct ook wel als reizen met een bepaald kortingspercentage; in het geval van vrij-reizen is dit bijvoorbeeld reizen met 100% korting. Reizen in de spits met een dalurenproduct (anders dan Altijd Voordeel) komt weer neer op reizen zonder reisproduct, behalve dat soms het instaptarief lager is en er bij NS extra regels kunnen gelden (bijvoorbeeld het moment van in- of uitchecken).[39]

Het systeem houdt in principe rekening met op de kaart aanwezige abonnementen en gekochte kortingsrechten (gunstigste product voor dat moment) en zal alleen kosten in rekening brengen op trajecten waar het abonnement niet geldig is. Houders van de "oude" NS-trajectabonnementen checken niet in- en uit omdat er bij die abonnementen geen rekening wordt gehouden met het product bij reizen op saldo. Dit werkt wel bij de nieuwe abonnementen van de NS (zoals Dal Vrij/Weekend/Altijd Voordeel).

Het reisrecht voor studenten dient op een OV-chipkaart te worden geladen. Met het studentenreisproduct is er, net zoals bij de oude OV-studentenkaart de keuze tussen vrij reizen doordeweeks of in het weekend. Buiten de vrij reizen periode geldt een korting van 40% in de trein en 34% in het stads- en streekvoer (inclusief OV-te water-verbindingen).

Bij de NS is een maand-, jaar- of kortingsabonnement als product oplaadbaar. Op de speciale NS-Business Card kan reizen op rekening worden gezet, de ritprijs wordt dan achteraf verrekend.

Er zijn diverse dag- en rittenkaarten verkrijgbaar via de webwinkel en de OV-chipkaartautomaten. Dagkaarten zijn verkrijgbaar voor de stadsvervoerders GVB, HTM en RET. Rittenkaarten voor de nachtbus van het GVB en de meerreizen en meerrittenkaart voor Almere. Het GVB biedt verder een maandabonnement aan op de OV-chipkaart.

Reizen met een huisdier of vouwfiets is gratis, mits de vouwfiets opgevouwen is en het huisdier op schoot kan zitten. Bij vervoerders moet wel voor een groot huisdier of normale fiets betaald worden, daarvoor kan een reisproduct op de persoonlijke of anonieme OV-chipkaart worden gezet bij een automaat of balie van een OV-bedrijf.[40] Bij toegangspoortjes op stations zijn extra brede poortjes aanwezig voor reizigers met een fiets of een kinderwagen.

Reizen op saldo (NS)

Het product reizen op saldo is nodig om bij de NS op saldo te kunnen reizen. Bij de afhaalautomaat kan gekozen worden tussen reizen in de eerste of de tweede klas. Naderhand kan tijdelijk van klasse worden gewisseld door dit te wijzigen bij een NS-kaartautomaat.[41] Na het inchecken is het wisselen van de klasse niet meer mogelijk. Een permanente klassewissel kan geregeld worden via de website van de NS.[42]

Sterabonnement

Het papieren sterabonnement (N-ster weekabonnement, weekabonnement[43] en maandabonnement[44]) is in veel concessies vervangen door een product op de OV-chipkaart. In deze concessies zijn de papieren sterabonnementen sinds 1 december 2011 niet meer verkrijgbaar. In de andere concessies kunnen tot en met december 2012 nog steeds papieren sterabonnementen aangeschaft worden.

Met het N-ster weekabonnement als reisproduct op de OV-chipkaart is het mogelijk om te reizen in alle regio's waar het stads- of streekvervoerbedrijf het sterabonnement op de OV-chipkaart accepteert.[45] Voor alle andere regio's is nog een papieren N-ster weekabonnement nodig.

Als het abonnement op de OV-chipkaart is gezet is in- en uitchecken verplicht.

Altijd Korting

Reisproduct voor een persoonlijke OV-chipkaart. Landelijke korting op het basis- en kilometertarief in bus, tram en metro. Niet geldig in de treinen, veerboten en nachtbussen. Uitzondering zijn de treinen van Syntus indien het product voor 1 december 2011 geactiveerd is.[46][47]

Kosten €16,50 per maand en kan per maand worden aangeschaft. De maximale korting per leeftijdscategorie is:

  • 4 t/m 11 jaar: 47% (20% met Altijd Korting + 34% leeftijdskorting[48] over het gereduceerde tarief)
  • 12 t/m 18 jaar: 40%
  • 19 t/m 64 jaar: 20%
  • 65-plussers: 47% (20% met Altijd Korting + 34% leeftijdskorting over het gereduceerde tarief)

Er zijn adviesaanvragen bij de gezamenlijke ROCOV's ingediend om dit product te combineren met het NS Altijd Voordeel product. Dit ter vervanging van de aanvullende stad/streek zone abonnementen met de trajectkaarten, die allebei gaan verdwijnen.

Regionale korting

Naast Altijd Korting zijn er ook kortingsproducten die binnen één of meer regio’s geldig zijn.

Voorbeelden:

  • 20% Dalkorting Oost-Nederland; geldig in de regio's Arnhem-Nijmegen, Twente, Overijssel, Flevoland (exclusief Almere en Lelystad) en Gelderland. Kosten per jaar: €7,50.
  • 20% Dalkorting Veolia Limburg; Deze Dalkorting is geldig voor geheel Noord-, Midden- en Zuid-Limburg en is tot 31 maart 2012 verkrijgbaar voor 0,01 cent administratiekosten. Het product kan op dezelfde OV-chipkaart geladen worden als bijv. het NS-Voordeelurenabonnement.

Bij gebruik van een OV-chipkaart met het landelijke product Altijd Korting en ook een regionaal kortingproduct geldt alleen de korting van Altijd Korting. Bij de NS mag maximaal 5 minuten voordat de korting ingaat (bijvoorbeeld 8:55 als de korting vanaf 9:00 geldt) ingecheckt worden, anders wordt voor de gehele reis het volle tarief gerekend.

Korting betekent echter niet altijd goedkoper reizen t.o.v. reizen zonder korting.

Bij overstappen kan het voorkomen dat bij een wisseling van reizen op saldo naar reizen op een kortingsproduct v.v. of overstappen tussen kortingsproducten van verschillende vervoerders, het basistarief opnieuw in rekening wordt gebracht. Zie kopje: basistarief.

Een aantal regio’s heeft afspraken gemaakt over het herkennen en accepteren van elkaars kortingsproducten waardoor er niet opnieuw een basistarief in rekening wordt gebracht. [49]

Bij NS en op de Noordelijke Nevenlijnen zijn de kosten van het op saldo reizen met korting nooit hoger dan zonder.

De houder van een OV-chipkaart met dit product reist het voordeligst door twee kaarten te gebruiken. Eén met kortingsproduct voor reizen die de kosten daadwerkelijk verlagen en een andere OV-chipkaart bij reizen waarbij het de kosten verhoogt. Het product kan niet tijdelijk uitgeschakeld worden.

Groepskorting

Groepskorting is momenteel nog niet mogelijk met alleen de OV-chipkaart. Koop in dat geval een papieren kortingkaartje: Bij de NS vallen hieronder de samenreiskorting (wie een kortingkaart heeft mag drie anderen met korting laten meereizen), de Railrunner (alleen voor kinderen onder begeleiding) en de tweepersoons Zomertoer.

Voor het studentenreisrecht geldt: Meereiskorting voor maximaal drie personen op alle binnenlandse treinreizen die meereizen op hetzelfde traject, in dezelfde trein en in dezelfde klasse. Deze drie mensen kunnen een papieren kaartje met korting kopen. Door de week is de korting geldig na 09.00 uur. In het weekend, op feestdagen en in juli en augustus de gehele dag.

Soms zijn bijzondere acties, zoals de "JIJ EN IK" actie, waarbij een OV-chipreiziger een partner gratis kan laten meereizen (papieren kaart) op de Arriva en Connexxion bussen in de Zuid-Holland.[50]

Viziris

Dit reisproduct is speciaal bedoeld voor blinden- en slechtzienden. Het kan op een persoonlijke OV-chipkaart, mits de reiziger in het bezit is van een OV-begeleiderskaart (B). Het product kost €10.- per maand en is een jaar geldig voor het reizen per bus, tram en metro. Niet geldig in de trein, de RET BOB-bus, de RET Fast Ferry en het nachtnet van de HTM. Met het product dient ook in- en uitgecheckt te worden, er wordt echter geen geld afgeschreven als het in- of uitchecken mislukt.

De invoering van het Viziris reisproduct is ontstaan uit een afspraak tussen de overheid en de stads- en streekvervoerders in Nederland. In eerste instantie betrof het een proef van 15 april tot 15 oktober 2011. In overleg met de overheid is besloten de proef met een half jaar te verlengen tot 15 april 2012. Na de proef wordt in april 2012 bekeken onder welke voorwaarden dit reisproduct kan blijven bestaan. [51]

Automatisch opladen

Als de functie "automatisch opladen" aan staat wordt een laag saldo automatisch aangevuld.

Automatisch opladen kan alleen aangevraagd worden met de persoonlijke chipkaart via www.ov-chipkaart.nl. De bestelling dient vervolgens bij een oplaad-/ophaalautomaat te worden bevestigd.

Elke keer als het saldo bij het inchecken met aftrek van het geldende instaptarief onder de € 5 komt, wordt automatisch een bedrag van de gekoppelde bankrekening (automatisch incasso) naar de OV-chipkaart overgeschreven. Er is keuze uit €10, € 20 of € 50 per keer, dit is afhankelijk van het reisgedrag. Het maximale bedrag (50 euro) is vooral handig als er vaak lange afstanden met de trein worden afgelegd. Bij korte stukken met de bus zal het saldo niet snel onder de €5.- komen en is €10.- genoeg.

Het automatisch opladen vindt bijvoorbeeld plaats als in de tram wordt ingecheckt terwijl het tegoed kleiner is dan € 9 (na aftrek van het instaptarief van € 4 is het dan kleiner dan € 5), en als voor de trein (vol tarief) wordt ingecheckt terwijl het tegoed kleiner is dan € 25 (na aftrek van het instaptarief van € 20 is het dan kleiner dan € 5). Automatisch opladen kan ook plaatsvinden bij uitchecken als de kosten van de reis hoger zijn dan het instaptarief was, zodat moet worden bijbetaald.

Wanneer het saldo te laag is, kan er niet ingecheckt worden, echter wordt op dat moment automatische opladen aangesproken en het saldo aangevuld. Als de OV-chipkaart nogmaals voor de lezer wordt gehouden slaagt het inchecken wel. Dit is overigens niet mogelijk in de tram omdat die kaartlezers nog geen directe verbinding hebben met de centrale. Automatisch opladen kan ook plaatsvinden na het uitchecken als de kosten van de reis hoger blijken te zijn dan het instaptarief, zodat moet worden bijbetaald.

Automatisch opladen kan nadelig zijn doordat in sommige gevallen een bescherming tegen kostbare fouten vervalt. Een voordeel is dat het risico van een te laag saldo vervalt.

In- en uitchecken

Vorlage:Afbeelding combi

Vorlage:Zie ook Vorlage:Zie ook

De OV-chipkaart is alleen een geldig vervoerbewijs als:

  1. Er voldoende saldo en/of een geldig reisproduct op staat.
  2. De reiziger het in- en uitstappunt en bij een overstap in veel gevallen ook het overstappunt registreert. Dit betekent:
  • Inchecken: OV-chipkaart voor aanvang van de rit (op het station of bij het instappen) voor het roze logo van de OV-chipkaartlezer[52] van het vervoerbedrijf waarmee gereisd wordt houden. De lezer controleert of er voldoende saldo en/of een geldig product op de kaart staat. Als dit het geval is wordt de kaart ingecheckt, waarbij de tijd en de halte- of stationsnaam wordt geregistreerd. Bij een bus en tram wordt ook informatie over de rit en/of het voertuig geregistreerd. De reiziger krijgt een melding dat het inchecken gelukt is (meestal groen lampje en een "positieve" toon) en beschikt op dat moment over een geldig vervoerbewijs. Het beginpunt van de reis is bekend. Aan de hand van de tijd kan een eventuele dalurenkorting worden berekend.
  • Uitchecken: OV-chipkaart bij het uitstappen, of bij het verlaten van een station/halte of in bepaalde gevallen bij een overstap (zie kopje overstappen) nogmaals voor een kaartlezer van de vervoerder waarmee gereisd is houden. Op deze manier is het beëindigingspunt van de rit bekend en wordt, in het geval van reizen op saldo, de afstand tussen het begin- en eindpunt in rekening gebracht.

Mislukt het uitchecken of wordt het uitchecken "vergeten", dan is het vervoerbewijs alsnog ongeldig geweest voor die rit. Reizigers hoeven in de bus niet te wachten met het uitchecken tot bij de halte, maar kunnen al na de voorlaatste halte uitchecken.

Ieder vervoerbedrijf heeft zijn eigen kaartlezers en ieder vervoerbedrijf heeft zelfs eigen kaartlezers voor iedere vervoerwijze (bijvoorbeeld trein en metro). De in- en uitchecksystemen van de verschillende vervoerbedrijven en -wijzes zijn niet rechtstreeks aan elkaar gekoppeld.

De Fast Flying Ferry en Waterbus zijn verbindingen die tot openbaar vervoer te water worden gerekend. Ook op deze verbindingen is de OV-chipkaart in gevoerd. Omdat de Fast Flying Ferry maar één bestemming kent in beide richtingen geldt de regel: inchecken en meteen na het hekje weer uitchecken om dan pas aan boord te gaan. In dat geval wordt bij reizen op saldo meteen de prijs voor de overtocht in rekening gebracht. Bij de Waterbus zijn wel tussengelegen haltes en mag de reiziger pas uitchecken op de eindbestemming.

Houders van een NS-Jaar(traject)abonnement, Maandabonnement (met uitzondering van de nieuwe maandabonnementen), papieren sterabonnement of een ander abonnement en kinderen die reizen met een railrunnerkaartje kunnen pas later met de OV-chipkaart bij NS reizen en hoeven daarom nog niet in- en uit te checken.[53]

Grensoverschrijdend reizen

Trein

  • In bepaalde stations waar ook internationale lijnen halteren, kan niet op het perron worden uitgecheckt. Reizigers die overstappen van een nationale op een internationale lijn moeten eerst naar de ingang van het station lopen om van de binnenlandse NS-reis uit te checken en dan weer terug naar de perrons om bijvoorbeeld op de Thalys naar Parijs te stappen.
  • Voor de Beneluxtrein, ICE en Thalys geldt een uitzondering op in- en uitchecken. Wanneer een reis gemaakt wordt over de grens, dan dient een kaartje voor het buitenlandse deel te worden gekocht. Op het Nederlandse deel hoeft niet in- en uitgecheckt te worden, mits er een abonnement op de kaart staat die op dat moment vrij-reizen biedt. Daarbuiten dient een internationaal treinkaartje voor de hele reis te worden gekocht en kan de OV-chipkaart niet worden gebruikt. Zie: reizen met de OV-chipkaart in de internationale trein.
  • Voor de Arriva trein Groningen - Leer staan wel in- en uitcheckpalen en een kaartautomaat op de Duitse stations in Weener en Leer (Ostfriesland) van de Noordelijke Nevenlijnen. Abonnementen zijn echter geldig tot Nieuweschans (zoals OV-Jaarkaart/NS-Jaarkaart). Het laatste gedeelte kan op saldo worden gereisd. De prijs van het traject Leer - Groningen met een OV-chipkaart Arriva kortingskaart is goedkoper dan met het papieren Arriva vervoerbewijs. Internationale vervoerbewijzen zijn ook geldig op dit traject, maar kunnen alleen gekocht worden bij een NS-kaartautomaat of de Duitse spoorwegen, niet bij Arriva. Verder kan een enkele reis/dagretour bij de Arriva Store gekocht worden of een E-ticket via de website van Arriva. Verder reizen dan station Leer kan met de Deutsche Bahn (geen OV-chipkaart).

Buslijnen

In principe worden op grensoverschrijdende buslijnen waar de strippenkaart geldig was/is ook de OV-chipkaart gebruikt. Voor Nederlandse vervoerders is dit geen probleem, maar buitenlandse bus maatschappijen willen geen dure OV-chipkaartapparaten installeren voor een beperkt deel van hun busvervoer, zonder dat dit vanuit Nederland vergoed wordt.

NIAG (Duitsland)

De NIAG (busmaatschappij in Kleve, Wesel e.o.) heeft een eigen chipkaartlezer volgens Duits systeem geïnstalleerd op de lijnen 55 en 58 die vanuit Kleve richting Nederland gaan, alsmede op lijn 929 Duisburg-Moers-Straelen-Venlo. Er is maar één kaartlezer, waardoor reizigers ook bij het uitchecken langs de chauffeur moeten. Het afschrijven van de juiste ritprijs verloopt lang niet altijd vlekkeloos en er is zo nu en dan uitval van de chipkaartapparatuur, waardoor reiziger een (veel) duurder kaartje bij de chauffeur moet kopen.

De Lijn (België)

De Nederlandse concessieverlener in Maastricht is met de Belgische vervoermaatschappij De Lijn tot een akkoord gekomen voor het gebruik van de OV-chipkaart op haar bussen. Er zijn geen lezers voor de chipkaart ingebouwd. De chipkaart kan aan de buschauffeur getoond worden en vervolgens een biljet enkele rit worden gekocht voor de prijs van het kilometertarief van de OV-chipkaart (eventueel met dalkorting). Deze regeling geldt alleen voor stadsritten binnen Maastricht, bij een grensoverschrijdende rit zijn enkel de reguliere vervoerbewijzen van De Lijn geldig. Overigens valt op te merken dat wanneer een lijnkaart op voorhand is gekocht, een stadsrit binnen Maastricht vaak goedkoper is op een lijnkaart dan op OV-chipkaarttarief. In Nederland zijn echter geen voorverkoopadressen van "De Lijn".

Veolia (Nederland)

Op de internationale buslijn 50, Maastricht - Aachen is de OV-chipkaart ingevoerd. Door de massale weigering van de Duitse reizigers om een OV-chipkaart te gebruiken en de grote terugval in het aantal reizigers, is Veolia in samenwerking met de vervoersautoriteit genoodzaakt geweest om een papieren retourkaart van acht euro in te voeren die te koop is in de bus.[54]

Op lijn 42 Breskens - Brugge kunnen internationale reizigers de OV-chipkaart op de hele buslijn gebruiken, maar dit geldt alleen voor de Nederlandse bussen. De Belgische bussen van De Lijn, die ook op deze route rijden, hebben geen OV-chipkaartlezers en reizigers binnen Nederland kunnen dan niet met een OV-chipkaart reizen. Dit is of een strippenkaart of een papieren ticket in de vorm van een kassabon.

Fouten bij in-/uitchecken

Ongeveer 1,5 tot 4 procent van alle transacties met de OV-chipkaart is incompleet,[55] dit komt omdat het OV-chipkaartsysteem niet vrij is van fouten. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door vergissingen van reizigers (al dan niet opzettelijk) en anderzijds door gebreken aan het systeem.

Een incomplete transactie ontstaat door een check-uit zonder bijbehorende check-in (alleen bij een poortje) of een check-in zonder bijbehorende check-uit. De consequentie bij reizen op saldo is dat een reiziger dan het instaptarief betaalt. Bij een altijd-vrij-reizen abonnement wordt geen geld afgeschreven.

Bij onder meer de NS en het GVB wordt de kaart geblokkeerd als er 12 onvoltooide transacties in een bepaalde periode (in 2 weken bij GVB) zijn geweest, ook in het geval van vrij reizen. De reiziger moet dan een nieuwe OV-chipkaart aanschaffen of de mislukte transacties laten verwijderen bij het desbetreffende vervoerbedrijf.[56][57]

Na inchecken wordt de transactie definitief incompleet in de volgende gevallen:

  • Niet uitgecheckt in het voertuig en het voertuig is inmiddels vertrokken.
  • Dag of 6 uur zijn verstreken (alleen bij lezers buiten het voertuig).
  • Nieuwe check-in.

Een incomplete transactie kan ontstaan door:

  • Opzet van de reiziger. Als een reis duurder is dan het instaptarief (zie kopje: instaptarief) kan het voordeliger zijn niet uit te checken.
  • Storing in de apparatuur.
  • De kaart presenteren bij de verkeerde zijde van een poortje.
  • De kaart presenteren bij een kaartlezer van de verkeerde vervoerder.
  • Zich vergissen wat betreft de incheckstatus van de kaart, en daardoor:
    • Uitchecken bij een poortje terwijl de kaart niet of niet meer is ingecheckt.
    • Inchecken bij een poortje terwijl de kaart nog of al was ingecheckt.
    • De gelegenheid tot uitchecken laten verlopen (zie hierboven).
  • Niet tijdig eraan denken de kaart te presenteren.

Bij een fout voor het instappen en bij vergeten inchecken in het voertuig riskeert de reiziger een boete.

Bij een verkeerde vervoerder inchecken kan wanneer op een station of halte verschillende in- en uitchecksystemen gedeeld worden. Een voorbeeld is Randstadrail RET lijn E (metro/sneltram met in- en uitcheckenpalen) die vijf haltes deelt met de HTM lijnen 3 en 4 (sneltram met in- en uitchecklezers in het voertuig). Ook Amstelveenlijn van het GVB (metro/sneltram met in- en uitcheckpalen) die haltes deelt met GVB stadstram 5 (tram met in- en uitchecklezers in het voertuig). In het laatste geval zijn beide systemen zelfs van dezelfde vervoerder, maar toch moet dan bij de juiste vervoerwijze worden in- en/of uitgecheckt.

Als er per ongeluk bij een verkeerde vervoerder wordt ingecheckt en de reiziger heeft dit op tijd door, dan kan dit opgelost worden door, indien mogelijk, bij die vervoerder weer uit te checken. Houdt rekening met de anti-passback tijd en de tijdslimiet (zie alinea hieronder). Dit geldt ook als het uitchecken vergeten is. Wanneer er niet binnen die tijd uitgecheckt is, dan wordt deze transactie geregistreerd als incompleet. Als er in de tussentijd nog met een andere vervoerder wordt gereisd, dan kan er gewoon opnieuw ingecheckt worden. Er is dan bij twee vervoerders ingecheckt. De eerste transactie blijft bij de trein "open" staan en kan in het geval van de NS nog steeds voltooid worden door binnen de gestelde tijdslimiet naar het station terug te gaan en uit te checken. In de bus en tram kan dit niet omdat de check-in gekoppeld is aan één rit, zodra de rit afgesloten is wordt een mislukte check-uit meteen als onvoltooid geregistreerd.

Bij de NS moet het uitchecken gebeuren op dezelfde dag als het inchecken, waarbij een dag loopt van 0.00 uur tot 4.00 uur de volgende dag. Om fraude tegen te gaan is het bij de nieuwe abonnementen van NS bovendien niet toegestaan later dan 6 uur na inchecken uit te checken (6-uursregel). De regel geldt niet voor het Voordeelurenabonnement of voor op reizen op saldo zonder abonnement. Deze regel is om trucs enigszins tegen te gaan waarbij niet wordt uitgecheckt bij aankomst op de bestemming, maar later op de dag op een locatie waar dat voordeliger is. De al genoemde eis dat het uitchecken moet gebeuren op dezelfde dag als het inchecken is alleen een extra eis als tussen 22.00 en 24.00 uur wordt ingecheckt, dan moet er voor 4.00 uur uitgecheckt worden. Bij reizen zonder korting in de spits kan de regel vermeden worden door een andere OV-chipkaart te gebruiken (zie ook reizen zonder korting met een dalurenabonnement).

Samenvattend: Opletten dat bij de goede OV-chipkaartlezer wordt in- en uitgecheckt, dit is afhankelijk van vervoerder en vervoerwijze.

Bijzonderheden

Bij de nieuwe abonnementen van NS mag er niet meer dan 30 minuten zitten tussen het inchecken en de aanvang van de reis, om reizen in de spits met dalurenkorting enigszins tegen te gaan.[58] De 30-minutenregel geldt voor Altijd Vrij en Kids Vrij, hoewel deze de hele dag vrij reizen bieden. De regel geldt niet voor het Voordeelurenabonnement of voor op saldo reizen reizen zonder abonnement.

Indien er gesloten poortjes op stations staan dan is de kans nihil dat er bij de verkeerde vervoerder in- en/of uitgecheckt wordt en kan bovendien niet vergeten of omzeild worden, er zijn op dat gebied enkele bijzonderheden:

Er zijn stations die deel uitmaken van een metronetwerk en het spoornetwerk. Bij de meeste gecombineerde metro/treinstations is het metro- en treinstation volledig gescheiden en stappen reizigers over via het buitengebied. Uitzonderingen zijn:

Station Amsterdam Amstel en station Duivendrecht hebben elk een gemeenschappelijk OV-chipkaartgebied voor de twee vervoerders NS en GVB. Hier zijn aparte poortjes per vervoerder, en ook, binnen het OV-chipkaartgebied, losse kaartlezers van beide vervoerders, om bij overstappen bij de ene uit te checken en bij de andere in te checken zonder heen en terug door de poortjes te hoeven lopen.

Het station Sloterdijk bestaat uit twee aparte OV-chipgebieden, een gedeelte het al bestaande kruisstation, het ander gedeelte de perrons aan de Hemboog. Bij een overstap tussen de twee stationsdelen mag de reiziger juist niet uit- en inchecken, hoewel de reiziger tijdelijk de stationsruimte verlaat. Bij de volledige sluiting van de poorten zal een oplossing gevonden moeten worden.

Restitutie

Vervoerbedrijven hanteren nog wel een restitutieregeling voor vergissingen. Reizigers krijgen dan het instaptarief terug, minus de minimale ritprijs. Wie daar te vaak gebruik van maakt, wordt van de regeling uitgesloten. Er is geen restitutieregeling voor anonieme ov-chipkaarten. Bij sommige vervoerders is het voorlopig ook mogelijk om geld terug te krijgen bij vergeten uit te checken. Bij storingen in de apparatuur kan altijd geld wordt teruggevraagd. Zie externe links : ov-chip[59], vergetenuittechecken[60] en werkgeheugen, uitchecken en geheugensteun. [61]

Overstappen

thumb|Overstapregels worden duidelijk gemaakt met behulp van bebording bij de OV-chipkaartpalen op stations.

Voor overstappen gelden de volgende regels:

  • Overstappen van trein op trein van dezelfde vervoerder wordt gezien als één reis. Daarom niet uitchecken bij het overstappen, dit hoeft pas bij het daadwerkelijke eindpunt.
  • Overstappen van metro op metro van dezelfde vervoerder wordt ook gezien als één reis. Daarom niet uitchecken bij het overstappen, dit hoeft pas bij het daadwerkelijke eindpunt.
  • In alle andere gevallen altijd uitchecken bij het uitstappen en weer inchecken bij de overstapvervoerder. De volgorde is dan: Inchecken in/bij voertuig A, uitchecken in/bij voertuig A, inchecken in/bij overstapvoertuig B, uitchecken in/bij overstapvoertuig B (en verder als er nog meer overstappen zijn). Bijvoorbeeld: Connexxion bus → Connexxion bus, GVB tram → GVB tram, Arriva trein → Arriva bus, GVB tram → GVB bus, NS trein → Arriva trein. Er is één uitzondering, namelijk als twee lijnen aan elkaar gekoppeld zijn en daardoor met hetzelfde voertuig worden gereden, bijvoorbeeld stadslijn 2 in Zwolle die op het eindpunt doorrijdt als stadslijn 4 v.v. of Qbuzz Qliner lijn 310 die in Drachten doorrijdt als Qliner 320 v.v.. Strikt genomen is dit een overstap, maar het systeem is zo ingesteld dat de gekoppelde lijnen als het ware als één lijn worden gezien.

Bij de bovenste twee gevallen is het onnodig en zelfs onmogelijk om bij een krappe aansluiting uit- en weer in te checken in verband met de anti-passback-tijd, zoals bij het kopje hieronder wordt uitgelegd.

In het stads- en streekvervoer wordt een overstap tussen bus, tram en metro (en sommige regionale treinen) alleen als overstap gezien door het systeem als er binnen 35 minuten na uitchecken wordt overgestapt. Een overstap naar een NS-trein of op de Noordelijke Nevenlijnen valt daarbuiten, dit betekent dat als binnen de overstaptijd van 35 minuten een NS-treinreis wordt gemaakt (incl. in- en uitchecken) en voor de 35 minuten zijn afgelopen weer wordt ingecheckt in één van bovengenoemde vervoermiddelen, dan wordt dat nog steeds als overstappen gerekend. De reiziger betaalt dan maar één keer het basistarief. Een langere overstaptijd wordt gezien als twee reizen.

Uit diverse onderzoeken blijkt dat veel reizigers met een OV-chipkaart de overstapregels niet goed kennen. Bij treinstations waar meerdere treinvervoerders komen staan borden bij de lezers met de juiste volgorde van in- en uitchecken.[62]

Commissie Meijdam

In juni 2011 kwam de commissie Meijdam met het advies dat het in- en uitchecken met de OV-chipkaart voor treinreizigers die van verschillende vervoerders gebruik maken eenvoudiger moet worden. Over 2 à 3 jaar moet er een systeem van enkelvoudig in- en uitchecken gerealiseerd zijn. De kosten hiervan zijn 50 miljoen euro. De reiziger gaat daaraan meebetalen met € 0,03 per reis.[63] Als tijdelijke tussenoplossing wordt een softwareaanpassing voorgesteld, die binnen een jaar kan worden geïmplementeerd. Kosten, 2 miljoen euro.[64]

Vorlage:Zie ook

Anti-passback-tijd

In de kaartlezers zit een zogenaamde anti-passback-tijd ingebouwd. Het is niet mogelijk om direct na het inchecken weer uit te checken en omgekeerd. De kaartlezer reageert dan met een weigering (rode lamp en geluidssignaal). Dit is een beveiliging om te voorkomen dat reizigers dit per ongeluk doen door de kaart twee keer te presenteren bij dezelfde of verschillende kaartlezers.

Bij de kaartlezers op de palen van de NS en de Connexxion trein is de wachttijd 2 á 3 minuten. De kaartlezer rekent in hele minuten. Wordt de kaart er om 12:34:56 voorgehouden, dan kan om 12:37:00 weer in- of uitgecheckt worden. Bij poortjes is er geen wachttijd.

Bij Arriva op de stations is de anti-passback-tijd één minuut. Bij de kaartlezers in de Utrechtse sneltram is het 3 minuten.

Bij in- en uitchecken in het voertuig is bij HTM onder andere geen anti-passback-tijd. Soms is die er wel, maar dan zo kort dat het wel mogelijk is om maar één halte te reizen. De meeste streekbussen hanteren een anti-passback-tijd van 1 minuut, om te voorkomen dat mensen direct achterin weer uitchecken.

Passage-recht

Met het "passage-recht" kan iemand voor een bepaalde tijd (de free exit duration) het station bezoeken zonder zelf te reizen, bijvoorbeeld om iemand uit te zwaaien of op te halen, te winkelen, de horeca te bezoeken, of om naar de andere zijde van het station te lopen.

Voor het passage-recht is een OV-chipkaart nodig. Bij de NS moet er (behalve bij een altijd-vrij-reizen abonnement) ook nog minimaal € 16 of € 6 op de kaart staan. Bij andere vervoerders volstaat een niet-negatief saldo. Als er geen toegangspoortjes zijn, maar alleen incheckpalen, dan is in- en uitchecken alleen nodig voor verblijf in gedeelten van het station waar een geldig vervoerbewijs vereist is. De regeling is verder een soort annuleringsregeling, als de reiziger besluit toch niet of nog niet te gaan reizen, of met een andere vervoerder of een ander vervoermiddel, of bij het per ongeluk inchecken bij de verkeerde vervoerder.

Er is een product in ontwikkeling voor het passagerecht dat op de OV-chipkaart geladen kan worden waardoor geen saldo nodig is op de OV-chipkaart.[65]

Bij het GVB en RET is de free exit duration 20 minuten, daarna is bij GVB het instaptarief van € 4 verschuldigd[66], bij RET slechts het basistarief[67]. Bij NS is de termijn 60 minuten, daarna is het instaptarief verschuldigd (60-minutenregel).

Het feit dat er een beperkte free exit duration is in plaats van een passage-recht van onbeperkte duur voorkomt fraude waarbij een reiziger met kaart A incheckt bij het vertrekstation en niet uitcheckt bij het uitstapstation, om vervolgens op de terugreis met kaart B in te checken bij het eerdere uitstapstation en bij het eerdere vertrekstation beide kaarten uitcheckt waardoor maar eenmaal voor de reis is betaald.

Bij sommige stad-/streekvervoerders wordt het instaptarief direct afgeschreven als na het inchecken meteen weer uitgecheckt wordt. Dit is met opzet gedaan voor reizigers die denken slim te zijn om voorin bij de chauffeur in te checken en achterin weer uit te checken. Bij de Utrechtse sneltram geldt dit zelfs bij het in- en uitchecken bij de paal op de halte, extra kosten bij bijvoorbeeld vertraging kunnen in dat geval vermeden worden door pas in te checken als de tram eraan komt. Dit speelt niet als vervolgens met een andere stads-/streekvervoerder of de Veolia of Syntus trein gaat reizen of dat net gedaan heeft.

Kosten reizen op saldo

Vorlage:Zie ook

Bij reizen op saldo wordt gebruikgemaakt van twee tariefsystemen. Het nieuwe tariefsysteem van de OV-chipkaart heet Easy-Trip en is gebaseerd op een basistarief (vergelijkbaar met de instapzone/basisstrip van de strippenkaart) met daarbovenop een kilometertarief die per regio/verbinding verschilt. De NS en Arriva op de Noordelijke Nevenlijnen maken gebruik van het tariefsysteem dat ook voor het papieren treinkaartje wordt gebruikt en is gebaseerd op tariefeenheden met afstandsdegressie.

Een aantal verbindingen hanteert een vooraf vastgestelde prijs, zoals de veerdiensten Breskens-Vlissingen en Amsterdam-Velsen.

De twee tariefsystemen vallen in een aparte categorie. Wordt er binnen een categorie overgestapt, dan komt de reiziger in aanmerking voor een combi-korting (op b.v. basistarief). Als een reis met vervoerders uit meerdere categorieën wordt gemaakt is dat relatief duur doordat een combi-prijs vervalt.

Door de categorieën is het, indien mogelijk, vaak goedkoper om bij reizen op saldo het geheel bijvoorbeeld per NS-trein of geheel met tram, bus en metro te maken, in plaats van deels met een NS-trein en deels met tram, bus en metro. Een klein stukje vrij reizen met de trein om zo een kortere afstand met tram, bus en/of metro te hoeven reizen biedt weinig voordeel, omdat toch het basistarief wordt betaald.

De ritprijs is door het principe van 'reizend specificeren' van te voren niet bekend, tenzij de reiziger deze informatie apart opzoekt of navraagt. Dit kan bijvoorbeeld via een reisplanner zoals 9292.nl.

Instaptarief (borg)

Soort kaart Bus, tram
metro en
waterbus
Trein
NS
1e+2e klas
Trein[68]
Arriva
Trein [69]
Connexxion
Valleilijn
Trein
Syntus
Trein[70]
Veolia
Anoniem 4 euro 20 euro 10 euro 20 euro 20 euro 20 euro
Persoonlijk 4 euro 20 euro 10 euro 20 euro 10 euro 10 euro
Persoonlijk
met kortingproduct
4 euro 10 euro 10 euro
6 euro[71]
10 euro 10 euro 10 euro

Bij het inchecken wordt bij reizen op saldo een instaptarief als borg van het OV-chipkaartsaldo afgeschreven. Na het uitchecken wordt de borg verrekend met de werkelijke ritprijs. De hoogte van de borg hangt af van de vervoerder en het soort OV-chipkaart.

Reizen op saldo zonder abonnement is door het instaptarief nadelig voor mensen die weinig met het openbaar vervoer reizen over een korte afstand. Met het papieren treinkaartje kan een vervoerbewijs direct voor de daadwerkelijke ritprijs (enkel of retour) gekocht worden. Met de OV-chipkaart moet er vooraf een minimaal saldo op iedere kaart staan. Het saldo op een OV-chipkaart kan door de bezitter (nog) niet aan andere zaken besteed worden; dit saldo is uitgeleend aan de vervoerbedrijven.

Voorbeeld: Ouders met twee kinderen boven de 4 jaar gaan een treinreis maken die 5 euro (enkele reis) per persoon kost. Er moet 20 euro op iedere kaart gezet worden (minimumsaldo is 16 euro, maar dat bedrag kan vaak niet gekozen worden in de automaat/webwinkel). 20 × 4 = 80 euro. De 4 treinreizen kosten 5 × 4 = 20 euro. Na de reis staat er in totaal nog voor 60 euro saldo op de chipkaarten. Het overgebleven saldo zou kunnen worden gebruikt voor een volgende treinreis. Saldo tussen de 0 en de 30 euro kan voor €2,50 administratiekosten teruggeboekt worden op de bankrekening bij een servicebalie. Dit is een betere situatie dan met de strippenkaart. Met de strippenkaart wordt er van tevoren een reistegoed ingekocht, terwijl het niet zeker is of de reiziger dit wel helemaal zal gebruiken. Niet gebruikte strippen of verlopen strippen kunnen bij de strippenkaart niet terugbetaald worden. Saldo boven de 30 euro wordt alleen uitgekeerd als de OV-chipkaart beëindigd wordt.[27] Bovendien kost een nieuwe OV-chipkaart geld. Een persoonlijke OV-chipkaart verloopt na 5 jaar, ongeveer 6 weken voor het verlopen krijgt de houder van de OV-chipkaart een brief thuisgestuurd hoe het saldo teruggestort kan worden of hoe eventueel een nieuwe kaart aangevraagd kan worden met overplaatsen van het saldo. Bij een anonieme chipkaart, die na 4/5 jaar verloopt, moet de reiziger hier zelf achteraan.[28]

Het instaptarief is nihil[72] bij abonnementen die zelfs in de spits vrij reizen bieden, zoals Altijd Vrij en Kids Vrij. Het instaptarief hangt niet af van het moment van inchecken en is daardoor ook met Dal Vrij en Weekend Vrij zelfs bij vrij reizen 10 euro.[73]

Easy-Trip tariefsysteem

Basistarief

Basistarief[74] 2009 2010 2011 2012
Normaal € 0,75 € 0,78 € 0,79 € 0,83
Reductie € 0,50 € 0,52 € 0,52 € 0,55

In het stads- en streekvervoer en in de treinen van Arriva (alleen Merwede-Lingelijn), Connexxion (Valleilijn), Syntus en Veolia wordt een basistarief gerekend, ook wel vaste voet of opstaptarief genoemd. Het basistarief is een bedrag dat ongeacht de afstand van de reis moet worden betaald (niet te verwarren met het instaptarief). Het is te vergelijken met de vroegere instapzone/basisstrip van de strippenkaart. Het basistarief wordt bij een overstap niet opnieuw in rekening gebracht als er binnen 35 minuten na het uitchecken weer ingecheckt wordt bij één van bovengenoemde vervoerders, dit wordt ook wel Easy Trip genoemd (zie productfamilies).

De overstaptijd van een strippenkaart was 1 uur, waarbij gekeken werd naar de tijd van afstempelen van de basisstrip. Bij vertraging of filevorming verloopt de tijd bij de OV-chipkaart niet, terwijl bij de strippenkaart dan opnieuw gestempeld (zou) moeten worden. Langere overstaptijden (ook als gevolg van gemiste aansluitingen) zijn bij de OV-chipkaart prijziger geworden in vergelijking met de strippenkaart, omdat dan twee keer het basistarief moet worden betaald.

Kilometerprijs

Bij het stads- en streekvervoer is bij reizen zonder abonnement het zone-systeem met bijbehorend zonetarief afgeschaft. Hier geldt een kilometerprijs (officieel eigenlijk hectometerprijs). Dit kan qua kosten, afhankelijk waar de halte in de zone staat, een voordeel of juist een nadeel zijn. Het tarief wordt door de betreffende OV-autoriteit bepaald en verschilt hierdoor per regio, vervoerder en/of verbinding.

In enkele gevallen wordt geen kilometertarief gebruikt, maar een vaste bedrag per rit. Dit wordt toegepast op de stadsdienst Lelystad en ParkShuttle.

Voor het bepalen bij welke halte/station het voertuig is, worden per bedrijf verschillende technieken gebruikt. De meeste bedrijven koppelen het OV-chipkaartsysteem met al bestaande halteafroep-systemen.

De positie van de bus wordt tijdens de rit bepaald met GPS[75] en aan de centrale doorgegeven via GPRS, een onderdeel van het GSM-netwerk. De reisafstand wordt afgerond op 100 meter waarbij een binnen- of buitenbocht een rol kan spelen. Het is ook mogelijk om de afstand te bepalen door het aantal as-omwentelingen vast te leggen die geijkt kunnen worden bij het openen van de deuren bij de haltes, deze techniek wordt echter maar beperkt gebruikt.

In tegenstelling tot het oude zone-systeem, waarbij gewerkt werd met hemelsbrede afstand, is het voor een vervoerbedrijf gunstig om zoveel mogelijk door wijken te kronkelen, dit zorgt voor een grotere rijafstand en daardoor een hogere opbrengst omdat reizigers meer voor de reis betalen. Als meerdere buslijnen plaats A met plaats B verbinden via afwijkende routes kan de ritprijs per buslijn tussen die plaatsen verschillen. De snelste route kost minder dan de route via allerlei woonwijken. Ook bij een (definitieve) routewijziging of (tijdelijke) omleidingen kan een traject goedkoper of duurder worden.

Bij te grote afwijkingen (b.v. omleidingen) in de route moet de chauffeur het systeem handmatig op de route terugzetten. Ook voor bepaalde handterminals (bv. bij inzet van ingehuurde touringcarbedrijven door de concessiehouder) moet de chauffeur handmatig de juiste rit en haltes instellen en bijhouden. Bij andere apparatuur zoals M3 gaat dit haltes instellen automatisch.

In sommige regio's zoals in Haaglanden is de afstand van halte tot halte vooraf vastgelegd en maakt het niet uit als de bus of tram omgeleid wordt.

Tariefeenheden

De prijs tussen herkomst- en bestemmingstation bestaat op het zogenaamde Hoofdrailnet en ook alle andere verbindingen die door de NS worden gereden en Arriva op de Noordelijke Nevenlijnen uit tarieveneenheden. Het aantal tariefeenheden komt meestal ongeveer overeen met het aantal kilometers, maar op sommige trajecten wordt hiervan afgeweken. Voor de berekening van het aantal tariefeenheden wordt altijd uitgegaan van de kortste route, ook al is dat niet altijd de snelste route. Naarmate er meer tariefeenheden worden afgelegd zijn deze telkens goedkoper geprijsd, tot uiteindelijk zelfs 0 euro per tariefeenheid. Dit wordt ook wel afstandsdegressie genoemd. Dit tariefsysteem wordt ook bij het papieren kaartje toegepast.

Er geldt een minimumprijs behorend bij 8 tariefeenheden, die elke reiziger die op saldo reist betaalt, ongeacht afstand. Dit is in 2012 €2,10 (tweede klas vol) of €3,60 (eerste klas vol). Bij 20 of 40% korting valt het tarief lager uit. Het tarief is daarmee bij korte afstanden hoger dan het eerder genoemde basistarief. Het maximaal aantal tariefeenheden is 250. [76] [77]

Vorlage:Zie ook

Gebruikelijke reisweg

De gebruikelijke reisweg is de kortste afstand tussen vertrekstation en aankomststation. Bij reizen via een langere route die sneller is mag het vertrek- of aankomststation niet voorbij worden gereisd (‘terugsteken’)[78]; als de reiziger bijvoorbeeld in Geldermalsen incheckt bij NS dan geldt de reis via Tilburg naar Dordrecht als rijden van het incheckpunt af en rijden van Dordrecht naar Dordrecht-Zuid niet. Ook kan de reiziger bewust een langere (en eventueel minder snelle) route reizen, omdat op de alternatieve route minder overgestapt hoeft te worden.

Tarieventabel

Vorlage:Tabel kilometertarieven OV-chipkaart

Ander gebruik OV-chipkaart

Betaalpas

thumb|right|Een kaartlezer gebruikt bij een winkel in Amersfoort Het is technisch mogelijk de OV-chipkaart te gebruiken als betaalpas, die dan bijvoorbeeld gebruikt zou kunnen worden voor betalingen in winkels en horeca op het station. In Amersfoort is begin 2011 een proef hiermee gestart waarbij medewerkers van TLS deze pas konden gebruiken om te betalen. Om dit op bredere schaal in te voeren, zal wel eerst apart toestemming moeten worden verkregen van De Nederlandsche Bank, de toezichthouder op het Nederlandse betaal- en bankwezen, omdat het hier dan om een betaalmiddel gaat.[79]

OV-Fiets

Ook OV-fietsen worden nu met de chip van de persoonlijke-, geregistreerde OV-chipkaart gehuurd, in plaats van met de streepjescode op de achterkant van de kaart.[80] Een NS-Business Card is standaard voorzien van een abonnement op de OV-fiets.

Transactieoverzichten

Met het transactieoverzicht beschikt de reiziger over een logboek van gemaakte reizen en de eventueel daaraan verbonden kosten, wat nuttig kan zijn voor declaraties.

Transacties kunnen op internet nagekeken worden (alleen bij een persoonlijke kaart) of bij een automaat van de kaart gelezen. In veel gevallen staat elke transactie op zijn minst in één van de overzichten, maar als er veel ritten per dag gemaakt worden kan het zijn dat een niet-NS-transactie al niet meer op de kaart staat maar nog niet op internet, de informatie op internet wordt namelijk niet realtime bijgewerkt. Er zijn geen kleine kaartlezers (b.v. model Random Reader), zoals gebruikelijk bij de chipknip, voor de OV-chipkaart verkrijgbaar.

Internet

[[Bestand:Uitdraai-OVC 1.JPG|150px|thumb|Uitdraai van algemene OV-chipkaartgegevens bij een RET oplaadpunt in Den Haag]] 150px|thumb|Uitdraai bij een RET-automaat. Bij niet-RET-reizen zijn de vertrek- en aankomstlocatie bij RET niet bekend. Door in te loggen op ov-chipkaart.nl kan het transactieoverzicht (Mijn transactieoverzicht) worden bekeken, met alle transacties van de afgelopen 18 maanden, bij alle vervoerbedrijven, met alle gegevens. Niet alle gegevens zijn echter direct beschikbaar. Zo moeten de OV-chipkaartgegevens afkomstig van voertuigen (trams, bussen) eerst verwerkt worden. De gegevens worden aangevuld vanuit de vervoersbedrijven met bijvoorbeeld de haltenamen, lijnnummers, enz. Dit duurt vaak één tot anderhalve dag (maximaal 7 dagen). Het opgegeven saldo hoeft niet te corresponderen met de vermelde ritten: terwijl transactiegegevens onderweg zijn kan het saldo recenter zijn, met daarin ook verwerkt de kosten van eerdere ritten die nog niet vermeld staan. Per rit worden vermeld de uiteindelijke ritprijs, het instaptarief en de correctie bij uitchecken, bijv. "Ritprijs € 0,94 (instaptarief € 4,00 - niet verreisd € 3,06) ". Naast de html-versie zijn er een pdf- en een csv-versie beschikbaar. Een onvolkomenheid van de laatste twee is dat de vervoerder ontbreekt. Daardoor is bij de halte-aanduiding "Centraal Station" niet direct duidelijk welke stad dit betreft. Dit kan achterhaald worden op basis van het andere uiteinde van de rit en/of het aansluitende treinvervoer. Bij de Connexxion-trein worden de stationsnamen niet aan het centrale systeem doorgegeven en staan daardoor niet vermeld (situatie 11 januari 2012).

Bij Mijn NS op ns.nl kan het transactieoverzicht (Mijn reishistorie) van uitsluitend transacties bij NS worden bekeken. De gegevens zijn meestal na enkele minuten tot een uur beschikbaar, inclusief de af- en bijschrijvingen via NS, maar zonder saldi. Bij inchecken in de spitsuren wordt een dalurenabonnement toch vermeld, ook al geeft dat dan geen korting.

Een enkele keer is er een storing in de verbinding tussen een kaartlezer en de centrale en komen data bijvoorbeeld de volgende dag binnen. Naast de html-versie zijn er een pdf- en een xml-versie beschikbaar.

Bij ov-chipkaart.nl worden alleen de transacties sinds aanmelding vermeld, op Mijn NS ook oudere.

Automaten

Zie ook Ophaal-/oplaadautomaat

Bij een automaat van een vervoerbedrijf kan het saldo en een deel van de op de kaart opgeslagen transactiegeschiedenis opgevraagd en soms uitgeprint worden. Het gaat om de laatste tien reistransacties (check-in en check-uit; normaal gesproken beide van vijf ritten, of de oudste check-uit, van vier ritten de check-in en -uit, en de nieuwste check-in) en de laatste twee oplaadtransacties (saldo of product laden, automatisch opladen). Per reistransactie zijn te zien het tijdstip van de transactie, het soort transactie (waarbij overstap betekent inchecken zonder dat het basistarief in rekening wordt gebracht), het bedrag van de transactie, en uitsluitend in het geval dat de transactie bij de dezelfde vervoerder heeft plaatsgevonden als van wie de automaat is, de naam van het station of de halte. Bij GVB en RET staat de vervoerder bij geen enkele transactie vermeld, de getoonde gegevens maken alleen impliciet duidelijk of het wel of niet de vervoerder betreft van wie de automaat is.

Automaten per vervoerbedrijf:

  • NS: Er zijn één of meer kaartautomaten (TVM) op elk station, ook die welke niet door NS-treinen worden bediend; soms hebben ze echter geen OV-chipkaartfaciliteit[81]; het transactieoverzicht kan niet worden uitgeprint. Het instaptarief staat tussen haakjes. Na inchecken met een dalurenproduct is niet te zien welke korting (0, 20, 40 of 100%) van toepassing is. Wel kan dit via de vermelde tijd afgeleid worden. Check-ins van het type "overstap" staan niet vermeld, er staan daardoor soms minder dan 12 transacties op het scherm.
  • Arriva: TVM.
  • GVB: verkoop- en oplaadautomaat (VOA) op alle metrostations; het transactieoverzicht kan ook worden uitgeprint.[82]
  • RET: automaat "verkoop en opladen" op alle metrostations; het transactieoverzicht kan ook worden uitgeprint.

GVB en RET vermelden schijnbaar ook seconden; deze zijn echter altijd 00. RET vermeldt bij check-ins ook instaptarieven, GVB niet. Beide geven bij check-uits de uiteindelijke kosten van de rit.

De transacties kunnen ook worden bekeken op een AVM, maar niet op een AVM Light. De AVM heeft een klein scherm waarop één transactie tegelijk wordt getoond. Elke oplaadtransactie kan afzonderlijk worden geprint. Verder kan per rit een print gemaakt worden, waarbij gekozen kan worden tussen het printen van alleen de check-uit, of van de check-in en check-uit samen. In beide gevallen wordt maar één bedrag vermeld, het bedrag dat per saldo voor de rit betaald is. Stations of haltes worden niet vermeld, het verschil is alleen het wel of niet printen van het tijdstip van inchecken. Of een rit van type "overstap" is wordt niet vermeld (maar dit is duidelijk als het bedrag lager is dan het basistarief). De vervoerder wordt niet op het scherm vermeld, maar soms wel op papier. Als het papier op is wordt geen foutmelding gegeven, maar wordt de print-optie weggelaten uit het menu.

Wettelijke bepalingen

De Wet personenvervoer 2000 regelt onder meer de regionale tariefvrijheid.

Het Besluit personenvervoer 2000 spreekt van een elektronisch vervoerbewijs, in artikel 1 gedefinieerd als een vervoerbewijs waarmee de reiziger zich na elektronische registratie toegang kan verschaffen tot het openbaar vervoer.

Artikel 47 lid 2b van het Besluit personenvervoer 2000 schrijft voor dat de reiziger een geldig elektronisch vervoerbewijs heeft, en dat een van de voorwaarden voor geldigheid is dat het vertrekpunt elektronisch is geregistreerd. Zelfs een abonnement is op zich nog geen geldig elektronisch vervoerbewijs, het wordt dat pas bij inchecken. Ook een abonnementhouder kan daardoor worden beboet de kaart niet ingecheckt is.[1]

Zie ook

Vorlage:Link portaal

Vorlage:Appendix

Commons: OV-chipkaart – Sammlung von Bildern, Videos und Audiodateien

Categorie:Stads- en streekvervoer Categorie:OV-chipkaart

  1. a b Registratie is verplicht volgens Artikel 47 lid 2b van het Besluit personenvervoer 2000 (Bp2000)
  2. Kinderen, 65-plus en groepen
  3. Strippenkaart wordt mogelijk vervangen door magneetkaart, Leeuwarder Courant 16-02-1983
  4. Strippenkaart voor bus onpraktisch en duur, Nieuwsblad v/h Noorden 20-09-1980
  5. Studie naar magneetkaart openbaar vervoer Digibron, 15 maart 1989
  6. Magneetkaart zal strippenkaart gaan verdringen, Leeuwarder Courant 13 oktober 1984
  7. Vorlage:Voetnoot web
  8. [http://www.dekrantvantoen.nl/vw/article.do?code=LC&date=19900726&id=LC-19900726-3003 Magneetkaart openbaar vervoer "lijdensweg" Leeuwarder Courant, 26 juli 1990
  9. Opnieuw ophef over ov-chipkaart, De Pers, 22 september 2008
  10. Vorlage:Voetnoot web
  11. a b Vorlage:Voetnoot web
  12. Vorlage:Voetnoot web
  13. Vorlage:Voetnoot web
  14. Vorlage:Voetnoot web
  15. Machineleesbare vervoerbewijzen, Document Ministerie van Verkeer en Waterstaat, juli 1983
  16. Open kaart met de strippenkaart, Boek Hens Runhaar, Ministerie van Verkeer en Waterstaat
  17. 1,3 miljard euro weg bij NS
  18. Vorlage:Voetnoot web
  19. Vorlage:Voetnoot web
  20. Vorlage:Voetnoot web
  21. Vorlage:Voetnoot web
  22. Een wegwerpkaart heeft een ingestelde geldigheid d.m.v. product (b.v. rit zonder overstap, vast aantal uren of dagen geldig). De producten die op wegwerpchipkaarten worden verkocht, kunnen doorgaans ook met behulp van een oplaadautomaat worden opgeladen op een eigen persoonlijke of anonieme chipkaart.
  23. OV-chipkaart aanschafkosten
  24. Dal Vrij Dagkaart bij de NS
  25. [Een voorbeeld hiervan is het product "RET 2 metroreizen", dat twee metroreizen van elk maximaal 1:15 uur en van onbeperkte afstand bij de RET biedt voor 5 euro. Dat betekent dat voor een retourreis waarbij de heen- en de terugreis gemiddeld duurder zijn dan 2,50 euro, dit reisproduct voordeliger is dan reizen op saldo.]
  26. OV-chipkaart in BeDuLux
  27. a b Vorlage:Voetnoot web
  28. a b Vorlage:Voetnoot web
  29. Afwijkingen mogelijk, bij RET verkoopautomaat en internet is het €6,50.
  30. Burojansen.nl
  31. http://www.nytimes.com/2011/03/26/business/media/26privacy.html
  32. "Anonieme OV-chipkaart is niet anoniem"
  33. Folder RET
  34. Bron: Directielid van de RET
  35. Bron: Website NS
  36. Vanaf 1 mei overal OV-chipkaart reisproducten ophalen
  37. Maximumsaldo OV-chipkaart
  38. Rood staan OV Chipkaart
  39. Reizen in de spits is goedkoper als een dalurenproduct in de daluren de kosten van een reis verhoogt en de reiziger geen andere OV-chipkaart bezit.
  40. OV-chipkaart.nl reizen met huisdier of fiets
  41. Wisselen van klasse NS website
  42. NS Klassewissel op de website
  43. Ster weekabonnement
  44. Ster maandabonnement
  45. N-ster weekabonnement
  46. Altijd Korting in bus, tram en metro in heel Nederland
  47. Nieuw landelijk kortingsabonnement voor OV-chipkaart
  48. Kinderen, 65-plus en groepen OV-chipkaart.nl
  49. [1]
  50. website Jij en Ik
  51. Reizen met visuele beperking
  52. De term "lezer" wordt gebruikt, hoewel het apparaat ook gegevens op de kaart "schrijft".
  53. NS, wat is de OV-chipkaart?
  54. website Veolia
  55. vragen-ov-chipkaart
  56. Bron: Verslag vergadering ROCOV-werkgroep OV-chipkaart 22-01-2009: Stand van zaken rond invoering chipkaart in Amsterdam (mevr. Tonny Weijn GVB)
  57. Bron: Reisregels NS
  58. Zie ook: Bij dalurenabonnementen voor treinvervoer in Nederland is het moment van inchecken bepalend.
  59. OV-chip
  60. Vergetenuittechecken
  61. werkgeheugen, uitchecken en geheugensteun.
  62. Reizigersperspectief op check-in, check-out met de OV-chipkaart in de railketen - in opdracht van de commissie Meijdam
  63. Het spoor naar slagkracht, Advies Commissie Permanente Structuur en Dubbel Opstaptarief in de treinrailketen (het persbericht van 30 juni 2011 meldt abusievelijk een bedrag dat 100 maal zo laag is: "0,03 eurocent"!)
  64. Overstappen met ov-chip moet eenvoudiger De Volkskrant, 30 juni 2011
  65. Passagerecht NS Gouda
  66. GVB: Iemand ophalen of uitzwaaien
  67. http://www.ret.nl/vraag-en-antwoord.aspx zie "Overstappen en uitzwaaien".
  68. Reizen met de OV-chipkaart op de Noordelijke treinlijnen mogelijk
  69. Valleilijn OV-chipkaart
  70. Veolia Limburg wijzigt de borg OV-chipkaart
  71. Arriva-kortingskaart
  72. Er is volgens de productvoorwaarden een instaptarief, maar elders staat vermeld dat het gaat om een bedrag van € 0.
  73. Gebruiksmogelijkheden abonnementen Altijd Vrij, Altijd Voordeel, Dal Vrij, DalVoordeel en Weekend Vrij
  74. compleet tarievenoverzicht busvervoer Groningen en Drenthe 2012
  75. GPS is onder andere onderdeel van Infoxx of soortgelijke systemen, dat, indien aanwezig, gekoppeld is met het OV-systeem.
  76. Reizen op saldo en enkele reis tarieven 2012, NS.nl
  77. Tarieneenhedenkaart van Nederland 2012, NS.nl
  78. Algemene voorwaarden NS, zie definitie reisroute
  79. NS test ov-chipkaart als betaalpas, voor invoering is fiat DNB nodig, NRC,nl, 5 januari 2011
  80. OV-fietsen op de OV-chipkaart
  81. O.a. op Station Ede Centrum.
  82. Zie voorbeeld met uitleg.