Naar inhoud springen

Intercity Nieuwe Generatie

Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie
Dit is een oude versie van deze pagina, bewerkt door Jehare (overleg | bijdragen) op 22 jun 2023 om 14:09. (Aantal deuren)
Deze versie kan sterk verschillen van de huidige versie van deze pagina.
Intercity Nieuwe Generatie
NS 3110 op station Zwolle
NS 3110 op station Zwolle
Type Coradia Stream
Aantal 99 (79 + 20)
Optie 150[1]
Nummering 5: 3101-3149
8: 3201-3227
8 (B): 3301-3321
8 (D): 3350-3351
Fabrikant Alstom
Exploitant NS
Bouwjaar Vanaf 2018
Indienstname 19 april 2023
Aantal delen 5: 5 bakken
8: 8 bakken
Asindeling 5: Bo′2′2′Bo′+2′2′Bo′
8: Bo′2′2′2′Bo′+Bo′2′2′2′Bo′
Spoorwijdte 1435 mm (normaalspoor)
Massa 5: 198,7 ton (leeg)[2]
8: 285,7 ton (leeg)[3]
Aslast C2
Lengte over buffers 5: 110 meter
8: 164,9 meter[3][4]
Omgrenzings­profiel G2
Maximum­snelheid 200 km/h
Dienst­snelheid 140 km/h (ATB‑EG)
200 km/h (ETCS)
Vloerhoogte 810 mm
Deuren Elektrische zwenk-schuifdeuren

5: 6 per zijde
8: 9 per zijde

Deurbreedte 1300 mm
Aantal zitplaatsen 5: 258
8: 417[5]
8 (B): 413
Aantal klapzittingen 5: 18
8: 24
8 (B): 18
Fietsplaatsen 5: 12
8: 16
Techniek
Stroom­systeem = 1500 V
~ 25 kV 50 Hz
= 3000 V (20 stuks)
Trein­beïnvloeding ERTMS, ATB-EG, TBL 1+ (20 stuks)
Koppeling Scharfenbergkoppeling
Bijzonderheden 20 treinen aangepast voor het Belgisch spoornet
Portaal  Portaalicoon   Openbaar vervoer
Verkeer & Vervoer
Overbrengingstransport van fabriek naar Nederland

De Intercity Nieuwe Generatie (afgekort ICNG, bijgenaamd Wesp)[6] is een type nieuwe enkeldekstreinstellen van de Nederlandse Spoorwegen (NS). De treinen zijn van het type Coradia Stream, worden ontworpen en gebouwd door Alstom,[7] en zijn bedoeld voor het intercitynetwerk van NS.[8] De treinen zijn bedoeld om ouder materieel als de oudste ICMm's en de ICRm te vervangen. Daarnaast is het materieel bedoeld om de groei van het aantal reizigers op te vangen. De treinstellen zullen worden ingezet op het hoofdrailnet, het grootste deel van het spoorwegnet van NS. De HSL-Zuid maakt hier deel van uit, waar ze indirect de vervanger werden van de geflopte Italiaanse V250.

Geschiedenis

Voorgeschiedenis

Voor de exploitatie van het Nederlandse deel van de Hogesnelheidslijn Schiphol - Antwerpen (HSL-Zuid) gaf het ministerie van Verkeer en Waterstaat op aandringen van de Tweede Kamer de Nederlandse Spoorwegen (NS) de gelegenheid als eerste exclusief een bod te doen. Dat bod uit september 1999, met daarin het Intercity Max-concept, werd door de minister afgewezen, mede omdat het bod naast treinen die met 220 km/h over de HSL-Zuid zouden rijden, ook treindiensten die door zouden rijden over het klassieke Intercity-net bevatte.[9]

Er kwam een aanbesteding. Na de gunning van de concessie van de HSL-Zuid aan HSA werd er gezocht naar treinen die naast de Thalys-treinstellen (de hogesnelheidstrein naar Frankrijk), geschikt zijn voor de exploitatie van binnenlandse en internationale treindiensten. Deze treinen konden dan het binnenlands treinverkeer over de HSL-Zuid verzorgen en het materieel van de Beneluxtrein vervangen. Na een aanbesteding werd gekozen voor de Italiaanse treinenbouwer AnsaldoBreda, die het V250-model aanbood aan NS.

Vooruitlopend op de indienststelling van de V250 werden vanaf 2009 ICRm-rijtuigen ingezet op de Fyra-treindienst tussen Amsterdam, Rotterdam en later Breda. Deze rijtuigen moesten speciaal worden aangepast voor inzet op de HSL-Zuid en de tractie werd geleverd door gehuurde Bombardier TRAXX-locomotieven. Toen begin 2013 de V250 door technische problemen buiten dienst gesteld moest worden, werd besloten om het volledige ICRm-rijtuigenpark te renoveren om dat te gaan gebruiken op de HSL-Zuid. Door de renovatie van de ICRm-rijtuigen kon vanaf de herfst van 2015 de treindienst over de HSL-Zuid worden uitgebreid.

In 2015 was duidelijk dat de V250 niet meer terug zou keren in de treindienst: het materieel is teruggezonden naar de bouwer in Italië. Daarbij komt dat het ICRm-rijtuigenpark destijds de veertig dienstjaren naderde (in dienst vanaf 1980), evenals het oudste Intercitymaterieel (1984). Dat materieel moet vervangen worden.

In de periode 2004-2013 is het aantal reizigers op het hoofdrailnet bovendien met 24% gegroeid.[10] Deze groei is grotendeels te verklaren door een bevolkingstoename, een groter aantal studenten, de gestegen brandstofprijzen en het laten rijden van meer treinen.[10] De vraag naar materieel is daarmee groter geworden.

Aanbesteding

Om genoeg capaciteit te behouden, begon NS in juli 2014 met de aanbesteding voor de Intercity Nieuwe Generatie.[11] In maart 2015 bleken nog vier bouwers in de race te zijn: het Franse Alstom, het Duitse Siemens Rail Systems, het Frans/Canadese Bombardier en het Zwitserse Stadler.[12]

Op 2 mei 2016 maakte de NS bekend dat het Franse Alstom de aanbesteding voor de Intercity Nieuwe Generatie gewonnen had. Het contract omvat circa 80 treinstellen, goed voor circa 25.000 zitplaatsen. Over verdere specificaties werd verder niets bekendgemaakt.[13]

Eind mei 2016 kondigde het Duitse Siemens aan een kort geding aan te spannen om de gunning aan Alstom ongedaan te maken. Op 15 juli 2016 werd bekend dat Siemens het kort geding had verloren, waarmee voor de NS de weg vrij was een contract met Alstom te sluiten.[14]

Aanvankelijk werden er 79 treinstellen besteld, omstreeks 2019 is de bestelling met (2 + 18 =) 20 stuks uitgebreid (voor de dienst naar Antwerpen en Brussel) tot een totaal van 99 treinstellen.[15]

Levering

De eerste ICNG, met het nummer 3108, kwam op 23 mei 2020 gesleept naar Nederland en werd naar de werkplaats van de Watergraafsmeer in Amsterdam gebracht om voorlopig dienst te doen als stilstaande trein voor opleiding.[16] Op 4 juni 2020 kwam het tweede stel, met nummer 3103, binnen.[17] Dit maakte een dag later vanuit de werkplaats in Onnen zijn eerste proefrit, waarna deze trein de maanden erna vele duizenden kilometers op het Nederlandse spoor als test heeft afgelegd. Op 2 januari 2021 kwamen de 3106 en de 3112 binnen; de 3103 kon daardoor op 3 januari weer naar Polen terugkeren. De 3116 is opnieuw naar Nederland vervoerd via Zwolle en is toen na enkele test/opleidingsritten los naar Amsterdam gegaan.[bron?]

Op 7 juni 2021 is de eerste Belgische variant, met nummer 3301, naar het Belgische Schaarbeek overgebracht voor de Belgische toelating en de testen.[18]

Ongeval

Op 16 oktober 2020 was er bij het Duitse station Dreileben-Drackenstedt aan de spoorlijn Eilsleben - Magdeburg een ongeval tijdens het transporteren van 2 ICNG's van de Alstom-fabriek in Salzgitter naar Blankenburg voor testritten onder 25 kV AC. Treinstel 3105 ontspoorde en raakte zwaar beschadigd, treinstel 3109 bleef onbeschadigd.[19]

Geplande inzet

De instroom van de ICNG in de binnenlandse reizigersdienst werd in 2021 uitgesteld tot ten vroegste 2022. Later werd bekend gemaakt dat de instroom in het tweede kwartaal van 2023 van start zou gaan.[20][21]

Op 19 april 2023 vond de eerste inzet in de reizigersdienst plaats,[22] rit 912 van Amsterdam CS via de HSL naar Rotterdam CS werd gereden door de treinstellen 3222 en 3133.[23][24] Het betreft testritten met voorlopig één trein,[22] na een paar weken volgt er mogelijk nog een.[25] De integratie van de hogere snelheid in de dienstregeling is gepland voor eind 2024, wanneer alle treinen op de HSL vervangen zijn door de ICNG en deze dus niet meer gehinderd wordt door het oude type treinen.[26] Dat zal een reistijdwinst van 3 minuten betekenen op het traject Rotterdam - Schiphol.[26] Tot die tijd blijft de geplande snelheid 160 km/h, al mag de ICNG tot 200 km/h rijden om vertraging in te halen. Zo wordt op een gedeelte van het proeftraject tot 200 km/u gereden[27] om te compenseren voor de tijdelijke snelheidsbeperking tot 80 km/u bij Rijpwetering.[28] Vanaf 8 juni 2023 werd er met een tweede ICNG gereden tussen Amsterdam en Rotterdam. Er zijn problemen met binnendeuren die niet open kunnen, waardoor een treinstel vaak verdeeld is in twee of drie geïsoleerde delen. Er wordt gewerkt aan een oplossing.[29]

Zodra de introductie op de volledige route Amsterdam CSBreda is geslaagd, zal de trein ook ingezet worden op de route EindhovenBredaRotterdamDen Haag. In een later stadium wordt de dienst BredaRotterdamSchiphol via Amsterdam Zuid verlengd naar AlmereLelystadZwolleAssenGroningen / MeppelSteenwijkHeerenveenLeeuwarden. Hiermee lijkt de inzet en snelheid van de Intercity Nieuwe Generatie sterk op het in 1999 afgewezen Intercity Max-concept.

In 2025 moet de inzet op de route naar Antwerpen en Brussel starten.

Beschrijving

De treinstellen hebben vijf of acht bakken die bij de bakovergangen gedeeltelijk op Jacobsdraaistellen rusten en bij de eerste klas (in het midden van het treinstel) is een bakovergang met twee draaistellen.[30] De treinstellen worden ook wel Wesp genoemd, door de kleurstelling van de treinstellen in geel-zwart.

De treinstellen hebben brede enkelvoudige buitendeuren. De vloerhoogte is bij de buitendeuren ongeveer gelijk aan de perronhoogte, en de buitendeuren zijn bovendien uitgerust met schuiftreden. De treinen zijn daardoor makkelijk toegankelijk. De buitendeuren zijn drukdicht, wat ervoor moet zorgen dat de luchtdruk in de trein niet verandert als de trein door een tunnel rijdt.

De treinen zijn voorzien van ATB-EG (het traditionele beveiligingssysteem op het hoofdrailnet) en het European Rail Traffic Management System (ERTMS), dat gebruikt wordt op de HSL-Zuid en ook aanwezig is op de Hanzelijn en tussen Amsterdam en Utrecht.

Interieur

Interieur eerste klas
Interieur tweede klas

De vloer is boven de draaistellen iets hoger dan bij de buitendeuren, ergens daartussen wordt het hoogteverschil steeds overbrugd met een trapje van twee lage treden. De compartimenten met een lage vloer hebben ramen met een grotere verticale afmeting: de bovenzijde is overal even hoog boven de rails, maar de onderzijde is overal even hoog boven de vloer.

De treinen zijn voorzien van een universeel (= rolstoeltoegankelijk) toilet met aansluitend hieraan een speciale rolstoel-opstelplaats voor twee rolstoelen. Het vijfwagentreinstel is voorzien van één universeel toilet en één standaardtoilet, het achtwagentreinstel van één universeel toilet en twee standaardtoiletten.

De treinen zijn verder voorzien van afdelingen eerste en tweede klas, die onderverdeeld zijn in gedeelten voor "werk", "stilte" en "ontmoeten & groeten". In de afdelingen zijn tussen het meubilair extra bagagerekken geplaatst. Zowel in de eerste (één aansluiting per stoel) als in de tweede klas (één aansluiting per twee stoelen) zijn stopcontacten en usb-aansluitingen voor het opladen van telefoon of laptop aanwezig. Ook het binnen NS gebruikelijke OBIS-informatiesysteem met informatieschermen en gratis wifi (niet beschikbaar in de tunnels van de HSL) zijn in de treinen aanwezig.[14] Waar stoelen tegenover elkaar zijn opgesteld zit er meestal een tafel tussen. Bij het vijfwagentreinstel is de eerste klas in het midden.

Versie voor België

ICNGB in het Flow-design

NS deed al vroeg een aanvullende bestelling voor twee Coradia's geschikt voor het Belgische spoornet (ICNGB),[31] omdat het in gebruik zijnde treinmaterieel voor de verbinding Amsterdam – Brussel in 2025 aan vervanging toe is. Het was bij die bestelling de bedoeling om met die twee treinstellen te testen en goedkeuring te krijgen voor het Belgisch spoornet, waarna een vervolgorder geplaatst zou kunnen worden. Daarmee was risico afgedekt dat de toelating uit zou lopen.[bron?] De eerste vervolgorder voor achttien treinstellen is echter al sneller geplaatst, ruim voordat de eerste stellen in dienst zijn gekomen, zodat er vanaf 2025 (2 + 18 =) 20 treinstellen voor de dienst naar België beschikbaar komen.[14]

De versie voor België betreft uitsluitend treinstellen met acht bakken, elk goed voor 410 zitplaatsen. Deze versie heeft een extra toilet[bron?] en meer bagageruimte, en is geschikt voor het Belgische spoorbeveiligingssysteem en 3kV-bovenleiding.[32] Begin 2022 zijn de testen voor de toelating afgerond.[33] In het voorjaar van 2023 heeft de NS nog een extra eenentwintigste treinstel besteld dat uit de binnenlandse order onttrokken wordt. De stellen zullen volgens verwachting in 2023 al in het binnenland gaan rijden.

Versie voor Duitsland

Begin 2022 is fabrikant Alstom gestart met het ontwikkelen van een versie die op het Duitse spoornet kan rijden onder 15.000 volt wisselspanning. Twee prototypes zijn besteld door NS, een definitieve bestelling moet nog geplaatst worden. Er komen twee stellen met nummer 3350 en 3351.[34] Deze twee stellen zijn uit de order voor de binnenlandse bestelling gehaald. Eerst zullen de stellen een toelating krijgen in Duitsland. Zolang de NS nog geen officiële plannen heeft voor een grensoverschrijdende verbinding naar bijvoorbeeld Aken, zullen deze twee stellen na de testritten ingezet worden in het binnenland.

Zie de categorie Intercity Nieuwe Generatie van Wikimedia Commons voor mediabestanden over dit onderwerp.